Exploiter in het Spaans vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Spaans: Meer gegevens...

exploiter:
- explotador
exploit:
- explotar; aprovechar; tener en explotación; utilizar; emplear; usar; abusar de; emitir dinero; aprovecharse de; sacar provecho de
- hazaña; heroicidad; vulnerabilidad de seguridad
Wiktionary:
- exploit → explotar, aprovechar
- exploit → exploit, proeza, hazaña
- exploit → explotar, aprovechar, aprovecharse

Engels

Uitgebreide vertaling voor exploiter (Engels) in het Spaans

exploiter:

exploiter [the ~] zelfstandig naamwoord

the exploiter (operator)
el explotador
- explotador [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor exploiter:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
explotador	exploiter; operator	bloodsucker; capitalist; extortioner; extortionist; leech; operator; vampire
-	user
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	marauder

Verwante woorden van "exploiter":

exploiters

Synoniemen voor "exploiter":

user; selfish person

Verwante definities voor "exploiter":

a person who uses something or someone selfishly or unethically¹

exploit:

to exploit werkwoord (exploits, exploited, exploiting)

to exploit
explotar; aprovechar; tener en explotación; utilizar; emplear; usar; abusar de
- explotar werkwoord
- aprovechar werkwoord
- tener en explotación werkwoord
- utilizar werkwoord
- emplear werkwoord
- usar werkwoord
- abusar de werkwoord
to exploit
emitir dinero
- emitir dinero werkwoord
to exploit (take advantage of)
aprovecharse de; aprovechar; sacar provecho de; explotar
- aprovecharse de werkwoord
- aprovechar werkwoord
- sacar provecho de werkwoord
- explotar werkwoord
to exploit (take advantage of; strip; bare)
aprovecharse de; abusar de
- aprovecharse de werkwoord
- abusar de werkwoord

Conjugations for exploit:

present

exploit
exploit
exploits
exploit
exploit
exploit

simple past

exploited
exploited
exploited
exploited
exploited
exploited

present perfect

have exploited
have exploited
has exploited
have exploited
have exploited
have exploited

past continuous

was exploiting
were exploiting
was exploiting
were exploiting
were exploiting
were exploiting

future

shall exploit
will exploit
will exploit
shall exploit
will exploit
will exploit

continuous present

am exploiting
are exploiting
is exploiting
are exploiting
are exploiting
are exploiting

subjunctive

be exploited
be exploited
be exploited
be exploited
be exploited
be exploited

diverse

exploit!
let's exploit!
exploited
exploiting

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

exploit [the ~] zelfstandig naamwoord

the exploit (heroic deed; feat; valiant deed)
la hazaña; la heroicidad
- hazaña [la ~] zelfstandig naamwoord
- heroicidad [la ~] zelfstandig naamwoord
the exploit

– Malicious code that takes advantage of vulnerabilities in other software in order to take unwanted and unexpected action on impacted systems. An exploit is often used to install other malicious or potentially unwanted software on a target computer without the knowledge or consent of the affected user. ²
vulnerabilidad de seguridad
- vulnerabilidad de seguridad

Vertaal Matrix voor exploit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
emplear		employing; engaging; hiring
hazaña	exploit; feat; heroic deed; valiant deed	achievement; bravery; courage; daredevilry; daring; feat; feat of arms; feat of strength; foolhardiness; gallantry; heroic deed; masterpiece; recklessness; record performance; stunt; sturdiness; top performance; tour de force; valiant deed; valor; valour; vigor; vigour
heroicidad	exploit; feat; heroic deed; valiant deed
-	effort; feat
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
abusar de	bare; exploit; strip; take advantage of	abuse; break; break into pieces; crack; destroy; misuse; snap; violate; wreck
aprovechar	exploit; take advantage of	apply; consume; dine; eat; eat up; employ; grab a bite; handle; have a meal; have dinner; have something to eat; make use of; munch; nibble; nybble; practice; practise; take; take advantage; use; utilise; utilize
aprovecharse de	bare; exploit; strip; take advantage of	get one's share; profit as well; profit too
emitir dinero	exploit
emplear	exploit	apply; employ; engage; handle; hire; make use of; practice; practise; recruit; set to work; sign on; take; use; utilise; utilize
explotar	exploit; take advantage of	blow to pieces; blow up; bring about; burst; crack; crush; cultivate; develop; effect; explode; make or let explode; realise; realize; reclaim; shatter; snap; squeeze; unfold
sacar provecho de	exploit; take advantage of	leverage
tener en explotación	exploit
usar	exploit	apply; burn up; consume; employ; handle; make use of; practice; practise; take; use; use drugs; utilise; utilize
utilizar	exploit	administer; adopt; apply; avail oneself of; employ; enforce; engage; handle; implement; make use of; practice; practise; take; use; utilise; utilize
-	overwork; tap; work
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vulnerabilidad de seguridad	exploit	exploit vulnerability; security hole
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	achievement; bravado; feat

Verwante woorden van "exploit":

exploiting, exploitable, exploited, exploits

Synoniemen voor "exploit":

deed; feat; effort; accomplishment; achievement
work; use; utilize; utilise; apply; employ
tap
overwork; work; put to work

Verwante definities voor "exploit":

a notable achievement¹
use or manipulate to one's advantage¹
- He exploit the new taxation system¹
draw from; make good use of¹
- we must exploit the resources we are given wisely¹
work excessively hard¹
- he is exploiting the students¹
Malicious code that takes advantage of vulnerabilities in other software in order to take unwanted and unexpected action on impacted systems. An exploit is often used to install other malicious or potentially unwanted software on a target computer without the knowledge or consent of the affected user.²

Wiktionary: exploit

exploit

verb

use for one’s advantage
- exploit → explotar; aprovechar

noun

computing security
- exploit → exploit
heroic or extraordinary deed
- exploit → proeza; hazaña

Cross Translation:

From	To	Via
• exploit	→ explotar	↔ exploiteren — draaiende houden met winst
• exploit	→ aprovechar	↔ ausnutzen — etwas ausnutzen: Vorteil oder Nutzen aus etwas ziehen
• exploit	→ aprovecharse	↔ ausnutzen — jemanden ausnutzen: jemanden nur als Mittel zum Zweck für etwas verwenden (meist in Zusammenhang mit Täuschung)
• exploit	→ explotar	↔ exploiter — faire valoir une chose, en tirer le profit du produit.

Remove Ads

Vertaal exploiter van Engels naar Spaans

Uitgebreide vertaling voor exploiter (Engels) in het Spaans

exploiter:

exploiter [the ~] zelfstandig naamwoord

the exploiter (operator)

Vertaal Matrix voor exploiter:

Verwante woorden van "exploiter":

Synoniemen voor "exploiter":

Verwante definities voor "exploiter":

exploit:

to exploit werkwoord (exploits, exploited, exploiting)

to exploit

to exploit

to exploit (take advantage of)

to exploit (take advantage of; strip; bare)

Conjugations for exploit:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

exploit [the ~] zelfstandig naamwoord

the exploit (heroic deed; feat; valiant deed)

the exploit

Vertaal Matrix voor exploit:

Verwante woorden van "exploit":

Synoniemen voor "exploit":

Verwante definities voor "exploit":

Wiktionary: exploit