Dogma in het Spaans vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Spaans: Meer gegevens...

dogma:
- doctrina; dogma; principio; fundamento; axioma; máxima; principio básico; artículo de fe; regla fundamental; concepto básio; principio importante; principio fundamental; doctrina de la iglesia
Wiktionary:
- dogma → dogma
- dogma → dogma

Engels

Uitgebreide vertaling voor dogma (Engels) in het Spaans

dogma:

dogma [the ~] zelfstandig naamwoord

the dogma (religious doctrine; tenet; reading; version)
la doctrina; el dogma
- doctrina [la ~] zelfstandig naamwoord
- dogma [el ~] zelfstandig naamwoord
the dogma (article of faith)
el principio; el fundamento; el axioma; la máxima; el dogma; el principio básico; el artículo de fe; la regla fundamental
- principio [el ~] zelfstandig naamwoord
- fundamento [el ~] zelfstandig naamwoord
- axioma [el ~] zelfstandig naamwoord
- máxima [la ~] zelfstandig naamwoord
- dogma [el ~] zelfstandig naamwoord
- principio básico [el ~] zelfstandig naamwoord
- artículo de fe [el ~] zelfstandig naamwoord
- regla fundamental [la ~] zelfstandig naamwoord
the dogma (axiom; fundamental property; precept; maxim; tenet)
el fundamento; el axioma; el concepto básio
- fundamento [el ~] zelfstandig naamwoord
- axioma [el ~] zelfstandig naamwoord
- concepto básio [el ~] zelfstandig naamwoord
the dogma (main principle; tenet; basic principle)
el principio básico; el principio importante; el principio fundamental
- principio básico [el ~] zelfstandig naamwoord
- principio importante [el ~] zelfstandig naamwoord
- principio fundamental [el ~] zelfstandig naamwoord
the dogma
el principio; el axioma; la máxima; el dogma; el principio básico; la regla fundamental
- principio [el ~] zelfstandig naamwoord
- axioma [el ~] zelfstandig naamwoord
- máxima [la ~] zelfstandig naamwoord
- dogma [el ~] zelfstandig naamwoord
- principio básico [el ~] zelfstandig naamwoord
- regla fundamental [la ~] zelfstandig naamwoord
the dogma
el principio; el dogma
- principio [el ~] zelfstandig naamwoord
- dogma [el ~] zelfstandig naamwoord
the dogma (church doctrine)
la doctrina de la iglesia
- doctrina de la iglesia [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dogma:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
artículo de fe	article of faith; dogma
axioma	article of faith; axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet	central argument; main proposition; maxim; precept; principle
concepto básio	axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet
doctrina	dogma; reading; religious doctrine; tenet; version	belief; creed; disposition; divine worship; doctrine; faith; inclination; religion; religious conviction
doctrina de la iglesia	church doctrine; dogma
dogma	article of faith; dogma; reading; religious doctrine; tenet; version
fundamento	article of faith; axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet	base; basement; basic rule; basic thought; basis; cellar; first layer; foundation; fundamental idea; initial concept; priming coat; principle; rule of life; undercoat; vault
máxima	article of faith; dogma	basic rule; maxim; principle; rule; rule of life
principio	article of faith; dogma	basic assumption; basic principle; basic rule; basis; beginning; central argument; commencement; ideology; initial phase; main proposition; maxim; mode of life; motivation; opening; outset; point of departure; precept; principle; regimen; rule; rule of life; start; starting point
principio básico	article of faith; basic principle; dogma; main principle; tenet	basic rule; basic thought; basis; fundamental idea; initial concept; maxim; principle; rule; rule of life
principio fundamental	basic principle; dogma; main principle; tenet	basic rule; chief principle; fundamental principle; maxim; principle; rule; rule of life
principio importante	basic principle; dogma; main principle; tenet
regla fundamental	article of faith; dogma	basic rule; basic thought; basis; fundamental idea; initial concept; maxim; principle; rule; rule of life
-	tenet

Verwante woorden van "dogma":

dogmas, dogmata

Synoniemen voor "dogma":

tenet; religious doctrine; church doctrine; gospel; creed
doctrine; philosophy; philosophical system; school of thought; ism

Verwante definities voor "dogma":

a doctrine or code of beliefs accepted as authoritative¹
- he believed all the Marxist dogma¹
a religious doctrine that is proclaimed as true without proof¹

Wiktionary: dogma

dogma

noun

authoritative principle, belief or statement of opinion
- dogma → dogma
doctrine
- dogma → dogma

Cross Translation:

From	To	Via
• dogma	→ dogma	↔ Dogma — Aussage, meistens für eine Religion, Weltanschauung oder Wissenschaft, die von einer Gruppe von Menschen als grundlegend und nicht verhandelbar angesehen wird
• dogma	→ dogma	↔ dogme — position d’un courant de pensée ; point doctrinal ; principe établi ou regardé comme une vérité incontestable.

Remove Ads

Vertaal dogma van Engels naar Spaans

Uitgebreide vertaling voor dogma (Engels) in het Spaans

dogma:

dogma [the ~] zelfstandig naamwoord

the dogma (religious doctrine; tenet; reading; version)

the dogma (article of faith)

the dogma (axiom; fundamental property; precept; maxim; tenet)

the dogma (main principle; tenet; basic principle)

the dogma

the dogma

the dogma (church doctrine)

Vertaal Matrix voor dogma:

Verwante woorden van "dogma":

Synoniemen voor "dogma":

Verwante definities voor "dogma":

Wiktionary: dogma