Defalcation in het Spaans vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Spaans: Meer gegevens...

defalcation:
- malversación; estafa; petardo; sustracción; desfalco; socaliña; oscurecimiento
Wiktionary:
- defalcation → desfalco

Engels

Uitgebreide vertaling voor defalcation (Engels) in het Spaans

the defalcation (malversation; fraud; malversations; embezzlement; corruption; swindling; swindle; fencing; cheating; corruptions)
la malversación
- malversación [la ~] zelfstandig naamwoord
the defalcation (embezzlement; fraud)
la estafa; la malversación; el petardo; la sustracción; el desfalco; la socaliña; el oscurecimiento
- estafa [la ~] zelfstandig naamwoord
- malversación [la ~] zelfstandig naamwoord
- petardo [el ~] zelfstandig naamwoord
- sustracción [la ~] zelfstandig naamwoord
- desfalco [el ~] zelfstandig naamwoord
- socaliña [la ~] zelfstandig naamwoord
- oscurecimiento [el ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
desfalco	defalcation; embezzlement; fraud	con; deceit; deception; fraud; frauds; swindle
estafa	defalcation; embezzlement; fraud	affectation; affectedness; artificiality; cheating; circumvention; con; deceit; deception; diddle; double-cross; falsehood; far-fetchedness; fooling; fraud; frauds; lie; mendacity; mess; pretence; pretense; scam; skulduggery; skullduggery; sneakiness; swindle; swindling; trickery; untruth; untruthfulness; varnishing
malversación	cheating; corruption; corruptions; defalcation; embezzlement; fencing; fraud; malversation; malversations; swindle; swindling	con; deceit; deception; fraud; frauds; swindle
oscurecimiento	defalcation; embezzlement; fraud
petardo	defalcation; embezzlement; fraud	banger; con; cracker; deceit; deception; fire-cracker; fraud; frauds; hisser; jumping cracker; squib; swindle
socaliña	defalcation; embezzlement; fraud
sustracción	defalcation; embezzlement; fraud	retraction; subtraction sum; taking back; withdrawal
-	embezzlement; misapplication; misappropriation; peculation

sum; sum of money; amount; amount of money
embezzlement; peculation; misapplication; misappropriation; larceny; theft; thievery; thieving; stealing

the fraudulent appropriation of funds or property entrusted to your care but actually owned by someone else¹
the sum of money that is misappropriated¹

defalcation

noun

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	embezzle; malversate; misappropriate; peculate
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	embezzle

appropriate (as property entrusted to one's care) fraudulently to one's own use¹