Home ->Woordenboeken ->Engels/Spaans ->Vertaal clot

Vertaal clot van Engels naar Spaans

Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. clot:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor clot (Engels) in het Spaans

clot:

clot [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the clot (lump)
    el mastuerzo; el chanclo; el grumo; el pedazo; el pedazón; el golpe; el zueco; el terrón; el terrones; el borrones; la galocha; la mancha; el toque; el borrón; la limanda; el trozón
    • mastuerzo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • chanclo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • grumo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pedazo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pedazón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • golpe [el ~] zelfstandig naamwoord
    • zueco [el ~] zelfstandig naamwoord
    • terrón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • terrones [el ~] zelfstandig naamwoord
    • borrones [el ~] zelfstandig naamwoord
    • galocha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • mancha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • toque [el ~] zelfstandig naamwoord
    • borrón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • limanda [la ~] zelfstandig naamwoord
    • trozón [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. the clot (blob; slush; dab)
    la mancha; la gota; el borrón
    • mancha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • gota [la ~] zelfstandig naamwoord
    • borrón [el ~] zelfstandig naamwoord

to clot werkwoord (clots, clotted, clotting)

  1. to clot (coagulate; congeal; curdle)
    cuajarse; coagularse
  2. to clot (coagulate; curdle)
    cuajarse; endurecerse

Conjugations for clot:

present
  1. clot
  2. clot
  3. clots
  4. clot
  5. clot
  6. clot
simple past
  1. clotted
  2. clotted
  3. clotted
  4. clotted
  5. clotted
  6. clotted
present perfect
  1. have clotted
  2. have clotted
  3. has clotted
  4. have clotted
  5. have clotted
  6. have clotted
past continuous
  1. was clotting
  2. were clotting
  3. was clotting
  4. were clotting
  5. were clotting
  6. were clotting
future
  1. shall clot
  2. will clot
  3. will clot
  4. shall clot
  5. will clot
  6. will clot
continuous present
  1. am clotting
  2. are clotting
  3. is clotting
  4. are clotting
  5. are clotting
  6. are clotting
subjunctive
  1. be clotted
  2. be clotted
  3. be clotted
  4. be clotted
  5. be clotted
  6. be clotted
diverse
  1. clot!
  2. let's clot!
  5. clotted
  6. clotting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor clot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrones clot; lump blobs; spatters
borrón blob; clot; dab; lump; slush dab; dollop; draft; inkblot; rough book; rough draft; rough work; rough-copy book
chanclo clot; lump clog; dab; dollop; galosh; wooden shoe
galocha clot; lump dab; dollop
golpe clot; lump bang; battle; blast; blow; boom; bump; clout; colossus; crack; crash; dab; dollop; hook; jab; kink; knock; monster; nonsense; nudge; punch; rubbish; shake; slap; smack; small slap; strapper; tattle; thud; thump; wallop; war; whopper
gota blob; clot; dab; slush dash; drip; dripping; drop; gout; hint; semblance; shot; small trace; splash; squeeze; tending to; touch; trace
grumo clot; lump chunk; dab; dollop; head of lettuce
limanda clot; lump dab; dollop
mancha blob; clot; dab; lump; slush bang; blame; blot; blow; dab; dirt-mark; dollop; fault; hamlet; mop; reproach; slap; spatter; speck; splash; spot; stain; swab
mastuerzo clot; lump bastard; boor; churl; clumsy fellow; dab; dollop; hulk; ill-mannered brute; lout; prole; slob; swine
pedazo clot; lump bite; board; bruise; chunk; contusion; dab; dollop; fragment; morsel; mouthful; part; piece; portion; section; segment; shard; share; splinter
pedazón clot; lump bastard; boor; brute; churl; clumsy fellow; dab; dollop; hulk; ill-mannered brute; lout; prole; slob; swine
terrones clot; lump
terrón clot; lump bunch; chunk; crowd; dab; dollop; heap; hunk; lot; piece; pile
toque clot; lump bang; blow; brushstroke; dab; dollop; slap; stroke of the brush; touch
trozón clot; lump bastard; boor; churl; clumsy fellow; dab; dollop; hulk; ill-mannered brute; lout; prole; slob; swine
zueco clot; lump clog; dab; dollop; wooden shoe
- coagulum
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coagularse clot; coagulate; congeal; curdle cake on; coagulate; crust; curdle
cuajarse clot; coagulate; congeal; curdle coagulate; curdle; set; solidify
endurecerse clot; coagulate; curdle become hard; coagulate; curdle
- clabber; clog; coagulate; curdle
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- coagulate
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mastuerzo abstemious; arrogant; awkward; boorish; clumsy; doltish; fumbling; gawky; ill-bred; impudent; insolent; not very good; overbearing; owlish; poor; presumptuous; rude; rustic; shameless; stiff; uneasy; unhandy; unmannerly; wooden

Verwante woorden van "clot":

  • clots

Synoniemen voor "clot":


Antoniemen van "clot":

  • homogenize; homogenise

Verwante definities voor "clot":

  1. a lump of material formed from the content of a liquid1
  2. coalesce or unite in a mass1
    • Blood clots1
  3. turn into curds1
  4. change from a liquid to a thickened or solid state1
  5. cause to change from a liquid to a solid or thickened state1

Wiktionary: clot

clot
verb
  1. to form into a clot
noun
  1. blood clot
Cross Translation:
FromToVia
• clot → aborujarse; aburujar; aborujar; abodocarse ↔ klonteren — klonten vormen
• clot → grumo ↔ grumeau — Petite portion durcir ou cailler de sang, de lait ou de tout autre matière liquide.

Verwante vertalingen van clot







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0449 seconde
Page rendered in 1.0 seconds