Overzicht
Engels naar Spaans: Meer gegevens...
- bursting:
- burst:
-
Wiktionary:
- burst → reventar
- burst → reventón, estallo, ráfaga
- burst → resquebrajarse, saltar, reventarse, reventar, henderse, hender, estallar, cuartearse, romperse, quebrarse, explotar, astilla, rancajo, resplandor, brillo
Engels
Uitgebreide vertaling voor bursting (Engels) in het Spaans
bursting:
-
the bursting (outbreak)
Vertaal Matrix voor bursting:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
estallido | bursting; outbreak | bang; boom; crack; detonation; emotionale outburst; eruption; explosion; falling-out; outburst; pop |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | break; breaking; burst |
Verwante woorden van "bursting":
bursting vorm van burst:
-
burst (impulsive)
impulsivo; arrebato; ompulsivamente; arrebatizado; en un arrebato-
impulsivo bijvoeglijk naamwoord
-
arrebato bijvoeglijk naamwoord
-
ompulsivamente bijvoeglijk naamwoord
-
arrebatizado bijvoeglijk naamwoord
-
en un arrebato bijvoeglijk naamwoord
-
-
to burst (explode; snap)
explotar; estallar; explosionar; hacer explosión; entrar en erupción-
explotar werkwoord
-
estallar werkwoord
-
explosionar werkwoord
-
hacer explosión werkwoord
-
entrar en erupción werkwoord
-
-
to burst (shatter; crack)
estallar; explotar; rajarse; resquebrajarse; cuartease; partir en pedazos; hacer explosión-
estallar werkwoord
-
explotar werkwoord
-
rajarse werkwoord
-
resquebrajarse werkwoord
-
cuartease werkwoord
-
partir en pedazos werkwoord
-
hacer explosión werkwoord
-
Conjugations for burst:
present
- burst
- burst
- bursts
- burst
- burst
- burst
simple past
- bursted
- bursted
- bursted
- bursted
- bursted
- bursted
present perfect
- have bursted
- have bursted
- has bursted
- have bursted
- have bursted
- have bursted
past continuous
- was bursting
- were bursting
- was bursting
- were bursting
- were bursting
- were bursting
future
- shall burst
- will burst
- will burst
- shall burst
- will burst
- will burst
continuous present
- am bursting
- are bursting
- is bursting
- are bursting
- are bursting
- are bursting
subjunctive
- be bursted
- be bursted
- be bursted
- be bursted
- be bursted
- be bursted
diverse
- burst!
- let's burst!
- bursted
- bursting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor burst:
Verwante woorden van "burst":
Synoniemen voor "burst":
Antoniemen van "burst":
Verwante definities voor "burst":
Wiktionary: burst
burst
Cross Translation:
verb
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• burst | → resquebrajarse | ↔ bersten — onder inwendige druk uit elkaar breken |
• burst | → saltar; reventarse; reventar; resquebrajarse; henderse; hender; estallar; cuartearse | ↔ barsten — heftig breken of uiteenspatten |
• burst | → romperse; quebrarse | ↔ brechen — (intransitiv) äußerer Belastung nicht mehr standhalten können |
• burst | → explotar | ↔ platzen — durch hohen Innendruck explodieren |
• burst | → astilla; rancajo; resplandor; brillo | ↔ éclat — partie détacher brusquement d’un corps qui éclater. |