Overzicht
Engels naar Spaans: Meer gegevens...
- boastful:
-
Wiktionary:
- boastfulness → jactancia, fanfarronería
- boastful → jactancioso
Engels
Uitgebreide vertaling voor boastfulness (Engels) in het Spaans
boastfulness:
Vertaal Matrix voor boastfulness:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | vainglory |
Synoniemen voor "boastfulness":
Verwante definities voor "boastfulness":
Wiktionary: boastfulness
boastfulness
noun
-
characteristic of being boastful
- boastfulness → jactancia; fanfarronería
boastful:
-
boastful (grandiloquent; bragging; boasting)
ostentador; presumido; fanfarrón-
ostentador bijvoeglijk naamwoord
-
presumido bijvoeglijk naamwoord
-
fanfarrón bijvoeglijk naamwoord
-
-
boastful (lah-di-dah; flaunting; overweening; haughty; loud)
llamativo; ostentoso; fantoche; bambollero-
llamativo bijvoeglijk naamwoord
-
ostentoso bijvoeglijk naamwoord
-
fantoche bijvoeglijk naamwoord
-
bambollero bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor boastful:
Verwante woorden van "boastful":
Synoniemen voor "boastful":
Verwante definities voor "boastful":
Wiktionary: boastful
boastful
adjective
-
tending to boast or brag
- boastful → jactancioso