Home ->Woordenboeken ->Engels/Spaans ->Vertaal blessedness

Vertaal blessedness van Engels naar Spaans

Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. blessedness:
  2. blessed:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor blessedness (Engels) in het Spaans

blessedness:

blessedness [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the blessedness (bliss; glory; magnificence; )
    la felicidad; la dicha; la delicia; la gloria; la exquisitez
    • felicidad [la ~] zelfstandig naamwoord
    • dicha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • delicia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • gloria [la ~] zelfstandig naamwoord
    • exquisitez [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor blessedness:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
delicia blessedness; bliss; deliciousness; glory; happiness; joy; magnificence; well-being blessing; delightfulness; loveliness; manor; manorial estate
dicha blessedness; bliss; deliciousness; glory; happiness; joy; magnificence; well-being be happy; bliss; happiness; joy; luck
exquisitez blessedness; bliss; deliciousness; glory; happiness; joy; magnificence; well-being candor; candour; civility; decency; delightfulness; detachment; frankness; neatness; open-heartedness; orderliness; propriety; respectability; splendidness; tidiness
felicidad blessedness; bliss; deliciousness; glory; happiness; joy; magnificence; well-being be happy; benediction; blessing; bliss; boon; complacency; happiness; joy; luck; pleasure; satisfaction
gloria blessedness; bliss; deliciousness; glory; happiness; joy; magnificence; well-being blessing; bliss; delight; deliverance; glory; happiness; honor; honour; liberation; pride; redemption; release; rescue; salvation; sense of honour; splendor; splendour; token of regard; tribute
- beatification; beatitude

Verwante woorden van "blessedness":


Synoniemen voor "blessedness":

  • beatitude; beatification; happiness; felicity

Verwante definities voor "blessedness":

  1. a state of supreme happiness1

blessed:

blessed bijvoeglijk naamwoord

  1. blessed (endowed; richly blessed)
    dotado
    • dotado bijvoeglijk naamwoord
  2. blessed (glorious; illustrious; renowned; divine)
    glorificado; endiosado
  3. blessed
    – enjoying the bliss of heaven 1
    beata
    • beata bijvoeglijk naamwoord
  4. blessed (beatified)
    – Roman Catholic; proclaimed one of the blessed and thus worthy of veneration 1
    beata
    • beata bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor blessed:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beata beatified; blessed
- blest
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dotado blessed; endowed; richly blessed endowed with; gifted with
endiosado blessed; divine; glorious; illustrious; renowned arrogant; haughty; high-handed; presumptuous; supercilious; superior
glorificado blessed; divine; glorious; illustrious; renowned

Verwante woorden van "blessed":


Synoniemen voor "blessed":


Antoniemen van "blessed":


Verwante definities voor "blessed":

  1. highly favored or fortunate (as e.g. by divine grace)1
    • our blessed land1
    • the blessed assurance of a steady income1
  2. characterized by happiness and good fortune1
    • a blessed time1
  3. enjoying the bliss of heaven1
  4. Roman Catholic; proclaimed one of the blessed and thus worthy of veneration1

Wiktionary: blessed

Cross Translation:
FromToVia
• blessed → bendito ↔ gebenedeit — segnen, preisen
• blessed → beato ↔ béatifique — théol|fr Qui procure la béatitude.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0782 seconde
Page rendered in 1.0 seconds