Overzicht
Engels naar Spaans: Meer gegevens...
-
before:
- para; por; delante; antes; enfrente; a favor de; para ello; al frente; para eso; a eso; antes de eso; al principio; a la cabeza; en la parte delantera; al efecto; frente a; en la parte de delante; al comienzo; antes de; delante de; anteriormente; de antemano; previamente; en el pasado; antaño; antiguamente; en otros tiempos; antiguo; ex; en la presencia de; ante
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor before (Engels) in het Spaans
before:
-
before (in front of)
– at or in the front 1para; por; delante; antes; enfrente; a favor de; para ello; al frente; para eso; a eso; antes de eso; al principio; a la cabeza; en la parte delantera; al efecto; frente a; en la parte de delante; al comienzo-
para bijvoeglijk naamwoord
-
por bijvoeglijk naamwoord
-
delante bijvoeglijk naamwoord
-
antes bijvoeglijk naamwoord
-
enfrente bijvoeglijk naamwoord
-
a favor de bijvoeglijk naamwoord
-
para ello bijvoeglijk naamwoord
-
al frente bijvoeglijk naamwoord
-
para eso bijvoeglijk naamwoord
-
a eso bijvoeglijk naamwoord
-
antes de eso bijvoeglijk naamwoord
-
al principio bijvoeglijk naamwoord
-
a la cabeza bijvoeglijk naamwoord
-
en la parte delantera bijvoeglijk naamwoord
-
al efecto bijvoeglijk naamwoord
-
frente a bijvoeglijk naamwoord
-
en la parte de delante bijvoeglijk naamwoord
-
al comienzo bijvoeglijk naamwoord
-
-
before
-
before
delante de-
delante de bijvoeglijk naamwoord
-
-
before (previously; in advance)
– earlier in time; previously 1anteriormente; de antemano; previamente; antes; antes de-
anteriormente bijvoeglijk naamwoord
-
de antemano bijvoeglijk naamwoord
-
previamente bijvoeglijk naamwoord
-
antes bijvoeglijk naamwoord
-
antes de bijvoeglijk naamwoord
-
-
before (formerly; in former times; earlier; previously; in bygone days; since; back)
– earlier in time; previously 1en el pasado; antes; antaño; anteriormente; antiguamente; en otros tiempos-
en el pasado bijvoeglijk naamwoord
-
antes bijvoeglijk naamwoord
-
antaño bijvoeglijk naamwoord
-
anteriormente bijvoeglijk naamwoord
-
antiguamente bijvoeglijk naamwoord
-
en otros tiempos bijvoeglijk naamwoord
-
-
before (at an earlier date; previous; former; formerly; earlier; in former times; past; ex; retired; one-time; late)
-
before (before this)
anteriormente; de antemano; antes; antes de; previamente-
anteriormente bijvoeglijk naamwoord
-
de antemano bijvoeglijk naamwoord
-
antes bijvoeglijk naamwoord
-
antes de bijvoeglijk naamwoord
-
previamente bijvoeglijk naamwoord
-
-
before (in the presence of)
Vertaal Matrix voor before:
Synoniemen voor "before":
Verwante definities voor "before":
Wiktionary: before
before
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• before | → antes de que | ↔ vooraleer — (formeel, nld) voordat |
• before | → antes | ↔ voor — eerder in tijd |
• before | → antes de que | ↔ eerdat — geeft een tijdstip aan voor hetwelk iets anders plaatsheeft |
• before | → antes de que | ↔ alvorens — luidt een handeling in die in de tijd voorafgaat aan die van de hoofdzin |
• before | → antes de que | ↔ aleer — (formeel, nld) voordat |
• before | → antes de que; antes que; antes de | ↔ bevor — drückt aus, dass etwas zeitlich zuerst sein soll und danach erst das, was nach bevor genannt wird; bevor steht also für Nachzeitigkeit. |
• before | → antes | ↔ davor — Adverbiale Bestimmung der Zeit: Zeitlich vor etwas anderem gelegen, früher; vor dem geraden Erwähnten |
• before | → antes | ↔ ehe — temporale Subjunktion, leitet einen nachzeitigen (in der Erzählzeit späteren) Satzteil ein: vor einem Bezugszeitpunkt |
• before | → ante; delante; de | ↔ vor — in zeitlicher Ordnung: früher, eher (das mit dem Dativ bezeichnete Objekt ist das nähere, jüngere) |
• before | → delante; ante | ↔ devant — en face de |
• before | → previo; antes | ↔ d’avant — précédent. L’occurrence qui précède immédiatement celle dont on vient de parler. |