Overzicht
Engels naar Spaans: Meer gegevens...
- affected:
- affect:
-
Wiktionary:
- affected → afectado, consternado, artificial, amanerado
- affect → fingir, afectar, conmover
- affect → afectar, corroer, agredir, repudrir, cariar, atacar, mermar, dañar, disminuir, perjudicar, actuar, afecto, fingir, simular, influir, darse tono, ponerse, operar, remover, mover, conmover, emocionar, agitar, perturbar
Engels
Uitgebreide vertaling voor affected (Engels) in het Spaans
affected:
-
affected (moved; touched)
movido; emocionado; conmovido-
movido bijvoeglijk naamwoord
-
emocionado bijvoeglijk naamwoord
-
conmovido bijvoeglijk naamwoord
-
-
affected (exaggerated; overdone; excessive; theatrical; immoderate; exorbitant)
melindroso; amanerado; afectado; dengoso; cursi-
melindroso bijvoeglijk naamwoord
-
amanerado bijvoeglijk naamwoord
-
afectado bijvoeglijk naamwoord
-
dengoso bijvoeglijk naamwoord
-
cursi bijvoeglijk naamwoord
-
-
affected (feigned; artificial; pretended; faked)
-
affected (affectedly; snooty)
-
affected (touched; moved)
conmovido; emocionado; impresionado; afectado-
conmovido bijvoeglijk naamwoord
-
emocionado bijvoeglijk naamwoord
-
impresionado bijvoeglijk naamwoord
-
afectado bijvoeglijk naamwoord
-
-
affected (snooty; affectedly)
melindroso; afectado; dengoso; pijo; fanfarrón; rebuscado; amanerado; esnob; artificioso-
melindroso bijvoeglijk naamwoord
-
afectado bijvoeglijk naamwoord
-
dengoso bijvoeglijk naamwoord
-
pijo bijvoeglijk naamwoord
-
fanfarrón bijvoeglijk naamwoord
-
rebuscado bijvoeglijk naamwoord
-
amanerado bijvoeglijk naamwoord
-
esnob bijvoeglijk naamwoord
-
artificioso bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor affected:
Verwante woorden van "affected":
Synoniemen voor "affected":
Antoniemen van "affected":
Verwante definities voor "affected":
Wiktionary: affected
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• affected | → afectado | ↔ aanstellerig — zich te veel aanstellend |
• affected | → afectado | ↔ aangetast — beschadigd door inwerking van iets |
• affected | → afectado | ↔ affig — künstliche Art Gefühle zu äußern oder darstellen |
• affected | → consternado; afectado | ↔ betroffen — beteiligt, jemanden betreffend, sich auf jemanden beziehend |
• affected | → artificial; amanerado | ↔ manieriert — bildungssprachlich, abwertend: in einer bestimmten Manier, Art und Weise erstarrt |
• affected | → afectado | ↔ affecté — Qui a de l’affectation, qui manque de naturel. |
• affected | → afectado | ↔ affété — Qui est plein d’afféterie dans son air, dans ses manières, dans son langage. |
• affected | → artificial; afectado | ↔ artificiel — Qui remplace la nature par l’art ou l’artifice. |
• affected | → amanerado | ↔ maniéré — Qui se fait remarquer par l’affectation de son maintien, de ses manières. |
• affected | → afectado | ↔ précieux — péjoratif|nocat=1 |
affect:
-
to affect (influence; impress)
influenciar; afectar; influir en; conmover; tener suerte; adoptar; tener que ver con-
influenciar werkwoord
-
afectar werkwoord
-
influir en werkwoord
-
conmover werkwoord
-
tener suerte werkwoord
-
adoptar werkwoord
-
tener que ver con werkwoord
-
-
to affect (concern; regard; touch)
-
to affect (concern; regard; relate to; touch)
concernir; referirse a; atañer; afectar; tocar a-
concernir werkwoord
-
referirse a werkwoord
-
atañer werkwoord
-
afectar werkwoord
-
tocar a werkwoord
-
-
to affect
– have an effect upon 1 -
to affect (hit; strike; touch; move; concern)
pegar; tomar; alcanzar; golpear; emocionar; dar golpes; encontrar; mover; adoptar; comer un peón; batir; azotar; revolver; conmover; tener suerte-
pegar werkwoord
-
tomar werkwoord
-
alcanzar werkwoord
-
golpear werkwoord
-
emocionar werkwoord
-
dar golpes werkwoord
-
encontrar werkwoord
-
mover werkwoord
-
adoptar werkwoord
-
comer un peón werkwoord
-
batir werkwoord
-
azotar werkwoord
-
revolver werkwoord
-
conmover werkwoord
-
tener suerte werkwoord
-
-
to affect (move; strike; touch; hit; concern)
-
to affect (concern; touch)
Conjugations for affect:
present
- affect
- affect
- affects
- affect
- affect
- affect
simple past
- affected
- affected
- affected
- affected
- affected
- affected
present perfect
- have affected
- have affected
- has affected
- have affected
- have affected
- have affected
past continuous
- was affecting
- were affecting
- was affecting
- were affecting
- were affecting
- were affecting
future
- shall affect
- will affect
- will affect
- shall affect
- will affect
- will affect
continuous present
- am affecting
- are affecting
- is affecting
- are affecting
- are affecting
- are affecting
subjunctive
- be affected
- be affected
- be affected
- be affected
- be affected
- be affected
diverse
- affect!
- let's affect!
- affected
- affecting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor affect:
Verwante woorden van "affect":
Synoniemen voor "affect":
Verwante definities voor "affect":
Wiktionary: affect
affect
Cross Translation:
verb
Cross Translation: