Overzicht
Engels naar Spaans: Meer gegevens...
-
able:
- competente; hábil; versado; experto; experimentado; capaz; apto; calificado; experto en la materia; perito; profesional; prudente; juicioso; asentado; capáz; mañoso; listo; descansado; talentoso; aprovechado; despierto; agudo; atractivo; sofisticado; cortante; diestro; afilado; ingenioso; espabilado; habilidoso; buen mozo; ducho; entrenado; certero; sabiondo
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor able (Engels) in het Spaans
able:
-
able (physically capable; capable; proficient)
competente; hábil; versado; experto; experimentado-
competente bijvoeglijk naamwoord
-
hábil bijvoeglijk naamwoord
-
versado bijvoeglijk naamwoord
-
experto bijvoeglijk naamwoord
-
experimentado bijvoeglijk naamwoord
-
-
able (capable; qualified; competent; proficient; considerate; efficient; skilled; fit; good)
capaz; competente; apto; calificado; experto; experto en la materia; perito-
capaz bijvoeglijk naamwoord
-
competente bijvoeglijk naamwoord
-
apto bijvoeglijk naamwoord
-
calificado bijvoeglijk naamwoord
-
experto bijvoeglijk naamwoord
-
experto en la materia bijvoeglijk naamwoord
-
perito bijvoeglijk naamwoord
-
-
able (competent; capable; efficient; good)
profesional; experto en la materia; prudente; competente; experto; calificado; juicioso; asentado-
profesional bijvoeglijk naamwoord
-
experto en la materia bijvoeglijk naamwoord
-
prudente bijvoeglijk naamwoord
-
competente bijvoeglijk naamwoord
-
experto bijvoeglijk naamwoord
-
calificado bijvoeglijk naamwoord
-
juicioso bijvoeglijk naamwoord
-
asentado bijvoeglijk naamwoord
-
-
able (capable)
experto en la materia-
experto en la materia bijvoeglijk naamwoord
-
-
able (capable)
-
able (dexterous; proficient; capable; skilful; handy; nimble; neat; adroit; expert; skillful)
experto; mañoso; capaz; listo; descansado; talentoso; aprovechado; despierto; agudo; atractivo; sofisticado; cortante; diestro; afilado; ingenioso; espabilado; experimentado; habilidoso; buen mozo-
experto bijvoeglijk naamwoord
-
mañoso bijvoeglijk naamwoord
-
capaz bijvoeglijk naamwoord
-
listo bijvoeglijk naamwoord
-
descansado bijvoeglijk naamwoord
-
talentoso bijvoeglijk naamwoord
-
aprovechado bijvoeglijk naamwoord
-
despierto bijvoeglijk naamwoord
-
agudo bijvoeglijk naamwoord
-
atractivo bijvoeglijk naamwoord
-
sofisticado bijvoeglijk naamwoord
-
cortante bijvoeglijk naamwoord
-
diestro bijvoeglijk naamwoord
-
afilado bijvoeglijk naamwoord
-
ingenioso bijvoeglijk naamwoord
-
espabilado bijvoeglijk naamwoord
-
experimentado bijvoeglijk naamwoord
-
habilidoso bijvoeglijk naamwoord
-
buen mozo bijvoeglijk naamwoord
-
-
able (capable; proficient; skilled; adroit; trained; skilful; skillful)
capaz; talentoso; listo; apto; competente; experto; versado; habilidoso; hábil; perito; diestro; ducho; entrenado; mañoso; certero; experimentado; sabiondo-
capaz bijvoeglijk naamwoord
-
talentoso bijvoeglijk naamwoord
-
listo bijvoeglijk naamwoord
-
apto bijvoeglijk naamwoord
-
competente bijvoeglijk naamwoord
-
experto bijvoeglijk naamwoord
-
versado bijvoeglijk naamwoord
-
habilidoso bijvoeglijk naamwoord
-
hábil bijvoeglijk naamwoord
-
perito bijvoeglijk naamwoord
-
diestro bijvoeglijk naamwoord
-
ducho bijvoeglijk naamwoord
-
entrenado bijvoeglijk naamwoord
-
mañoso bijvoeglijk naamwoord
-
certero bijvoeglijk naamwoord
-
experimentado bijvoeglijk naamwoord
-
sabiondo bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor able:
Verwante woorden van "able":
Synoniemen voor "able":
Antoniemen van "able":
Verwante definities voor "able":
Wiktionary: able
able
Cross Translation:
adjective
-
legally qualified
- able → competente
-
skillful
-
permitted to
- able → capaz
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• able | → capaz; perito; versado; hábil; experto | ↔ kundig — in staat vaardigheden toe te passen |
• able | → capaz | ↔ bekwaam — (van een persoon) in staat om bepaalde taken goed uit te voeren; competent |
• able | → diestro; hábil | ↔ adroit — Qui a de l’adresse. (Sens général). |
• able | → competente | ↔ compétent — juri|fr Qui appartenir, qui est dû en vertu de certains droits. Il ne se dit, en ce sens, que d’une portion de quelque bien, de quelque domaine. |
• able | → diestro; hábil | ↔ habile — adroit ; qui fait ce qu’il entreprendre avec souplesse. |