Overzicht
Engels naar Spaans: Meer gegevens...
-
straight:
- derecho; recto; erguido; levantado; perpendicular; vertical; sincero; directo; crudo; duro; abierto; franco; claro; abiertamente; sin trabas; sin ambages; claramente; francamente; sin rodeos; sin reserva; con franqueza; puro; natural; correcto; auténtico; genuino; verdadero; neto; verdaderamente; sencillamente; enseguida; inmediatamente; en el acto; pronto; inmediato; rápidamente; en seguida; en breve; instantáneamente; de inmediato; directamente; incondicional; realmente; legítimo; rectilíneo; desnudo; no embellecido
- camino; carretera; pista
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor straight (Engels) in het Spaans
straight:
-
straight (dead straight; perpendicular; bolt upright; erect)
-
straight (genuine; serious)
-
straight (directly; perpendicular)
directo; perpendicular; recto-
directo bijvoeglijk naamwoord
-
perpendicular bijvoeglijk naamwoord
-
recto bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (blunt; plain)
-
straight (frank; sincere; straightforward; honest; open; plain; fair)
sincero; abierto; franco; claro; abiertamente; sin trabas; sin ambages; claramente; francamente; sin rodeos; sin reserva; con franqueza-
sincero bijvoeglijk naamwoord
-
abierto bijvoeglijk naamwoord
-
franco bijvoeglijk naamwoord
-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
abiertamente bijvoeglijk naamwoord
-
sin trabas bijvoeglijk naamwoord
-
sin ambages bijvoeglijk naamwoord
-
claramente bijvoeglijk naamwoord
-
francamente bijvoeglijk naamwoord
-
sin rodeos bijvoeglijk naamwoord
-
sin reserva bijvoeglijk naamwoord
-
con franqueza bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (pure)
puro; claro; francamente; natural; correcto; auténtico; genuino; verdadero; neto; verdaderamente; sencillamente-
puro bijvoeglijk naamwoord
-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
francamente bijvoeglijk naamwoord
-
natural bijvoeglijk naamwoord
-
correcto bijvoeglijk naamwoord
-
auténtico bijvoeglijk naamwoord
-
genuino bijvoeglijk naamwoord
-
verdadero bijvoeglijk naamwoord
-
neto bijvoeglijk naamwoord
-
verdaderamente bijvoeglijk naamwoord
-
sencillamente bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (direct)
directo; enseguida; inmediatamente; en el acto; pronto; inmediato; rápidamente; en seguida; en breve; instantáneamente; de inmediato-
directo bijvoeglijk naamwoord
-
enseguida bijvoeglijk naamwoord
-
inmediatamente bijvoeglijk naamwoord
-
en el acto bijvoeglijk naamwoord
-
pronto bijvoeglijk naamwoord
-
inmediato bijvoeglijk naamwoord
-
rápidamente bijvoeglijk naamwoord
-
en seguida bijvoeglijk naamwoord
-
en breve bijvoeglijk naamwoord
-
instantáneamente bijvoeglijk naamwoord
-
de inmediato bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (explicit; crude; straightforward; frank; outspoken; blunt; overt; openly; square; plain)
abierto; directamente; claro; claramente; francamente; abiertamente; sin reserva; con franqueza-
abierto bijvoeglijk naamwoord
-
directamente bijvoeglijk naamwoord
-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
claramente bijvoeglijk naamwoord
-
francamente bijvoeglijk naamwoord
-
abiertamente bijvoeglijk naamwoord
-
sin reserva bijvoeglijk naamwoord
-
con franqueza bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (outspoken; honest; frank; straightforward)
abierto; sincero; franco; incondicional-
abierto bijvoeglijk naamwoord
-
sincero bijvoeglijk naamwoord
-
franco bijvoeglijk naamwoord
-
incondicional bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (downright; absolute)
claro; verdadero; puro; realmente; verdaderamente; sencillamente; francamente; legítimo-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
verdadero bijvoeglijk naamwoord
-
puro bijvoeglijk naamwoord
-
realmente bijvoeglijk naamwoord
-
verdaderamente bijvoeglijk naamwoord
-
sencillamente bijvoeglijk naamwoord
-
francamente bijvoeglijk naamwoord
-
legítimo bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (honest)
rectilíneo-
rectilíneo bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (direct; honest; frontal)
francamente-
francamente bijvoeglijk naamwoord
-
-
straight (straightforward; open; freely; frank)
-
straight (outspoken; frankly; forthright; outright; openly; frank; blunt; plain; plain-spoken; genially)
desnudo; puro; directamente; sin rodeos; no embellecido-
desnudo bijvoeglijk naamwoord
-
puro bijvoeglijk naamwoord
-
directamente bijvoeglijk naamwoord
-
sin rodeos bijvoeglijk naamwoord
-
no embellecido bijvoeglijk naamwoord
-
-
the straight
Vertaal Matrix voor straight:
Verwante woorden van "straight":
Synoniemen voor "straight":
Antoniemen van "straight":
Verwante definities voor "straight":
Wiktionary: straight
straight
Cross Translation:
adjective
-
not crooked or bent
-
direct, truthful, frank
- straight → franco
-
as it should be
- straight → directo
-
heterosexual
- straight → hetero
-
-
- straight → derecho
-
in a forward direction
- straight → derecho
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• straight | → recta | ↔ Gerade — fachsprachlich, Sport: Schlag beim Boxen |
• straight | → recta | ↔ Gerade — gerade Strecke, besonders bei Rennstrecken |
• straight | → recto | ↔ gerade — nicht gebogen oder gekrümmt |
• straight | → de pie | ↔ debout — marine|fr aéro|fr Qualifie un vent quand il est en sens contraire au mouvement de l’aéronef, du navire, etc. |
• straight | → recto; directo; estricto; tieso | ↔ direct — Qui est droit, qui ne taire aucun détour. |
• straight | → derecho; recto; directo; estricto; tieso; leal | ↔ droit — Qui est du côté opposé à celui de son cœur (en supposant que son cœur est du même côté que pour la majorité des être humain), ou encore du côté de celui de la main qui sert à écrire chez la majorité (dans le cas où on parle de soi, car on utilise cet adjectif en adoptant le point de vue de la |