Home ->Woordenboeken ->Engels/Spaans ->Zoek: scar

Engelse en Spaanse zoekresultaten voor: scar

Overzicht

Engels naar Spaans: Meer gegevens...

scar:
- cicatriz
Wiktionary:
- scar → cicatriz, alforza
- scar → cicatrizarse
- scar → cicatriz, arañazo, rasguño, chirlo, alforza

Engels

Uitgebreide vertaling voor scar (Engels) in het Spaans

scar:

scar [the ~] zelfstandig naamwoord

the scar (cicatrice; mark)

– a mark left (usually on the skin) by the healing of injured tissue ¹
la cicatriz
- cicatriz [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor scar:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cicatriz	cicatrice; mark; scar
-	cicatrice; cicatrix; mark; scrape; scratch
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	mark; pit; pock

Verwante woorden van "scar":

scared, scars

Synoniemen voor "scar":

cicatrix; cicatrice; symptom
scratch; scrape; mark; blemish; defect; mar
mark; pock; pit; deface; disfigure; blemish

Verwante definities voor "scar":

an indication of damage¹
a mark left (usually on the skin) by the healing of injured tissue¹
mark with a scar¹
- The skin disease scarred his face permanently¹

Wiktionary: scar

scar

noun

a permanent mark on the skin sometimes caused by the healing of a wound
- scar → cicatriz; alforza

verb

to mark the skin permanently
- scar → cicatrizarse

Cross Translation:

From	To	Via
• scar	→ cicatriz	↔ litteken — een zichtbaar overblijfsel van een oude verwonding
• scar	→ cicatriz	↔ Narbe — verheilende Wunde oder sichtbares Überbleibsel einer Wunde
• scar	→ arañazo; rasguño	↔ Schramme — relativ geringfügige Beschädigung oder Verletzung einer Oberfläche
• scar	→ chirlo	↔ balafre — Longue entaille, plaie faite particulièrement au visage.
• scar	→ cicatriz; alforza	↔ cicatrice — marque des blessures, des plaies, qui rester après la guérison.

Computer vertaling door derden:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University