Engels

Uitgebreide synoniemen voor dumbstruck in het Engels

dumbstruck:

dumbstruck bijvoeglijk naamwoord

  1. dumbstruck
    – as if struck dumb with astonishment and surprise 1
    flabbergasted; dumbfounded; stupefied; dumbstricken; dumbstruck; dumfounded; thunderstruck
    – as if struck dumb with astonishment and surprise 1
    • flabbergasted bijvoeglijk naamwoord
      • the flabbergasted aldermen were speechless1
    • dumbfounded bijvoeglijk naamwoord
      • a circle of policement stood dumbfounded by her denial of having seen the accident1
    • stupefied bijvoeglijk naamwoord
    • dumbstricken bijvoeglijk naamwoord
    • dumbstruck bijvoeglijk naamwoord
    • dumfounded bijvoeglijk naamwoord
    • thunderstruck bijvoeglijk naamwoord
      • was thunderstruck by the news of his promotion1

Alternatieve synoniemen voor "dumbstruck":


Verwante definities voor "dumbstruck":

  1. as if struck dumb with astonishment and surprise1