Engels

Uitgebreide synoniemen voor accusers in het Engels

accusers:

accusers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the accusers
    the accusers; the prosecutors

Verwante woorden van "accusers":


accuser:

accuser [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the accuser
    the public prosecutor; the prosecutor; the accuser
  2. the accuser
    the requirer; the prosecutor; the requirant; the petitioner; the requisitionist; the accuser
  3. the accuser
    the accuser; the complainant
  4. the accuser
    – someone who imputes guilt or blame 1
    the accuser
    – someone who imputes guilt or blame 1
    • accuser [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "accuser":


Alternatieve synoniemen voor "accuser":


Verwante definities voor "accuser":

  1. someone who imputes guilt or blame1