Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Zoek: charisma

Engelse en Duitse zoekresultaten voor: charisma

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

charisma:
- Ausstrahlung; Charisma
Wiktionary:
- charisma → Charisma, Ausstrahlung
- charisma → Charisma

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Charisma:
- charisma; personal appeal; personal magnetism
Wiktionary:
- Charisma → charisma
- Charisma → charisma

Engels

Uitgebreide vertaling voor charisma (Engels) in het Duits

charisma:

charisma [the ~] zelfstandig naamwoord

the charisma (personal appeal; personal magnetism)

– a personal attractiveness or interestingness that enables you to influence others ¹
die Ausstrahlung; die Charisma
- Ausstrahlung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Charisma [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor charisma:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Ausstrahlung	charisma; personal appeal; personal magnetism	aura; halo; radiation; radio program
Charisma	charisma; personal appeal; personal magnetism
-	personal appeal; personal magnetism

Synoniemen voor "charisma":

personal appeal; personal magnetism; attractiveness; interest; interestingness

Verwante definities voor "charisma":

a personal attractiveness or interestingness that enables you to influence others¹

Wiktionary: charisma

charisma

noun

personal charm or magnetism
- charisma → Charisma

charisma

noun

Soziologie: Kurzform für charismatische Herrschaft
- Charisma → charisma
ohne Plural: Ausstrahlung einer Person
- Charisma → charisma
Religion, Christentum: die Gabe, Offenbarungen, Inspirationen und Erleuchtungen empfangen zu können
- Charisma → charisma
eine bestimmte Wirkung, die eine Person durch seine Persönlichkeit ausübt
- Ausstrahlung → charisma

Cross Translation:

From	To	Via
• charisma	→ Charisma	↔ charisme — Aura indéfinissable

Duits

Uitgebreide vertaling voor charisma (Duits) in het Engels

Charisma:

Charisma [die ~] zelfstandig naamwoord

die Charisma (Ausstrahlung)
the charisma; the personal appeal; the personal magnetism
– a personal attractiveness or interestingness that enables you to influence others ¹
- charisma [the ~] zelfstandig naamwoord
- personal appeal [the ~] zelfstandig naamwoord
- personal magnetism [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Charisma:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
charisma	Ausstrahlung; Charisma
personal appeal	Ausstrahlung; Charisma
personal magnetism	Ausstrahlung; Charisma

Synoniemen voor "Charisma":

Aura; Ausstrahlung; bezaubernde Wirkung; Magie; magische Kraft; Verzauberung; Zauberkraft; Charaktereigenschaft; Charakterzug; Eigenschaft; Einstellung; Haltung; Merkmal; Zug

Wiktionary: Charisma

Charisma

noun

Soziologie: Kurzform für charismatische Herrschaft
- Charisma → charisma
ohne Plural: Ausstrahlung einer Person
- Charisma → charisma
Religion, Christentum: die Gabe, Offenbarungen, Inspirationen und Erleuchtungen empfangen zu können
- Charisma → charisma

Charisma

noun

personal charm or magnetism
- charisma → Charisma

Cross Translation:

From	To	Via
• Charisma	→ charisma	↔ charisme — Aura indéfinissable

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University