Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. trots:
  2. trot:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor trots (Engels) in het Duits

trots:

trots [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the trots
    der Trab; die Spaziergänge

Vertaal Matrix voor trots:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Spaziergänge trots hikes; promenades; rambles; strolls; tours; walks
Trab trots at a gallop; at a trot; full speed; gallop; gallopade; pace; scamper; trot

Verwante woorden van "trots":


trot:

trot [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the trot (pace; gallop; scamper; gallopade)
    der Trab; der Gang eines Pferdes; der Galopp

Vertaal Matrix voor trot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Galopp gallop; gallopade; pace; scamper; trot at a gallop; at a trot; full speed; gallop; gallopade; scamper
Gang eines Pferdes gallop; gallopade; pace; scamper; trot
Trab gallop; gallopade; pace; scamper; trot at a gallop; at a trot; full speed; gallop; scamper; trots
- crib; jog; lope; pony
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- clip; jog
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- half run

Verwante woorden van "trot":


Synoniemen voor "trot":


Verwante definities voor "trot":

  1. a gait faster than a walk; diagonally opposite legs strike the ground together1
  2. a slow pace of running1
  3. a literal translation used in studying a foreign language (often used illicitly)1
  4. run at a moderately swift pace1
  5. cause to trot1
    • She trotted the horse home1
  6. ride at a trot1

Wiktionary: trot

trot
noun
  1. gait of an animal between walk and canter
trot
  1. Sich auf einem Reittier in einer schnellen Gangart, dem Trab, fortbewegen.
verb
  1. langsam, lustlos, stumpfsinnig, schwerfällig, mit monotonem Schritt irgendwohin gehen

Cross Translation:
FromToVia
trot traben; trotten trotteraller le trot.