Overzicht
Engels naar Duits: Meer gegevens...
- sweeten:
-
sweet:
- geliebt; populär; beliebt; gerngesehen; süß; süßschmeckend; freundlich; sympathisch; nett; schön; hübsch; gesellig; angenehm; lieblich; charmant; anmutig; zierlich; entzückend; allerliebst; herzlich; liebenswürdig; reizend; gutartig; niedlich; bezaubernd; freundschaftlich; hold; goldig; herzgewinnend; lieb; flaumig; einzigartig; einzig; einmalig; Liebenswürdig; attraktiv; geliebte; tierbare; auserwählt; auserkoren
- Schätzchen; Schatz; Liebste; Liebe; Herzchen; Liebchen; Liebling; Geliebte; Lieb; Süßigkeiten; Leckerei; Leckereien; süße Kind; entzückende Kind; niedliche Kind
-
Wiktionary:
- sweeten → süßen, versüßen
- sweeten → abstumpfen, stumpf machen, dämpfen
- sweet → süß, lecker, zuckerhaltig, gezuckert, lieblich, wohlriechend, duftend, herzig, nett
- sweet → niedlich, süß, niedlig, Praline, Bonbon, Zeltli, Zuckerl, toll, klasse, sanft, lieblich, leicht
- sweet → Süßigkeit, Nachtisch, Nachspeise, Bonbon
Engels
Uitgebreide vertaling voor sweeten (Engels) in het Duits
sweeten:
-
sweeten (candy; sugar; make sweet)
zuckern; süß machen; einzuckern-
zuckern werkwoord
-
süß machen werkwoord
-
einzuckern werkwoord (zuckere ein, zuckerst ein, zuckert ein, zuckerte ein, zuckertet ein, eingezuckert)
-
-
sweeten
überzuckern-
überzuckern werkwoord
-
Vertaal Matrix voor sweeten:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
einzuckern | candy; make sweet; sugar; sweeten | sugar |
süß machen | candy; make sweet; sugar; sweeten | |
zuckern | candy; make sweet; sugar; sweeten | |
überzuckern | sweeten | |
- | dulcify; dulcorate; edulcorate | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | gladden |
Verwante woorden van "sweeten":
Synoniemen voor "sweeten":
Antoniemen van "sweeten":
Verwante definities voor "sweeten":
Wiktionary: sweeten
sweeten
Cross Translation:
verb
sweeten
-
To make sweet to the taste
- sweeten → süßen
verb
-
etwas durch Zugabe von Zucker, Honig oder Süßstoff mit süßem Geschmack versehen
-
selten, (transitiv) etwas süß oder zu süß machen
-
übertragen, (transitiv) und (reflexiv) jemandem oder sich etwas leichter, angenehmer machen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• sweeten | → abstumpfen; stumpf machen; dämpfen | ↔ adoucir — Rendre doux, tempérer l’âcreté de quelque chose d’aigre, de piquant, de salé. |
sweet:
-
sweet (beloved; precious; cherished; affectionate; popular; devote; dear; loved)
geliebt; populär; beliebt; gerngesehen-
geliebt bijvoeglijk naamwoord
-
populär bijvoeglijk naamwoord
-
beliebt bijvoeglijk naamwoord
-
gerngesehen bijvoeglijk naamwoord
-
-
sweet
-
sweet (charming; nice; appealing; lovely; endearing; congenial; winsome; alluring; likable; engaging; entrancing; attractive)
freundlich; sympathisch; nett; schön; hübsch; gesellig; angenehm; lieblich; charmant; anmutig; zierlich; entzückend; allerliebst; herzlich; liebenswürdig; reizend; gutartig; niedlich; bezaubernd; freundschaftlich; hold; goldig; herzgewinnend-
freundlich bijvoeglijk naamwoord
-
sympathisch bijvoeglijk naamwoord
-
nett bijvoeglijk naamwoord
-
schön bijvoeglijk naamwoord
-
hübsch bijvoeglijk naamwoord
-
gesellig bijvoeglijk naamwoord
-
angenehm bijvoeglijk naamwoord
-
lieblich bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
anmutig bijvoeglijk naamwoord
-
zierlich bijvoeglijk naamwoord
-
entzückend bijvoeglijk naamwoord
-
allerliebst bijvoeglijk naamwoord
-
herzlich bijvoeglijk naamwoord
-
liebenswürdig bijvoeglijk naamwoord
-
reizend bijvoeglijk naamwoord
-
gutartig bijvoeglijk naamwoord
-
niedlich bijvoeglijk naamwoord
-
bezaubernd bijvoeglijk naamwoord
-
freundschaftlich bijvoeglijk naamwoord
-
hold bijvoeglijk naamwoord
-
goldig bijvoeglijk naamwoord
-
herzgewinnend bijvoeglijk naamwoord
-
-
sweet (lovely; cute; adorable; enchanting; dear)
süß; lieb; flaumig; allerliebst; einzigartig; einzig; nett; niedlich; einmalig; goldig; reizend-
süß bijvoeglijk naamwoord
-
lieb bijvoeglijk naamwoord
-
flaumig bijvoeglijk naamwoord
-
allerliebst bijvoeglijk naamwoord
-
einzigartig bijvoeglijk naamwoord
-
einzig bijvoeglijk naamwoord
-
nett bijvoeglijk naamwoord
-
niedlich bijvoeglijk naamwoord
-
einmalig bijvoeglijk naamwoord
-
goldig bijvoeglijk naamwoord
-
reizend bijvoeglijk naamwoord
-
-
sweet (lovely; charming; pretty; attractive)
niedlich; entzückend; reizend-
niedlich bijvoeglijk naamwoord
-
entzückend bijvoeglijk naamwoord
-
reizend bijvoeglijk naamwoord
-
-
sweet (amiable; charming; friendly; lovely)
charmant; freundlich; Liebenswürdig-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
freundlich bijvoeglijk naamwoord
-
Liebenswürdig bijvoeglijk naamwoord
-
-
sweet (lovely; charming)
-
sweet (lovely; charming)
-
sweet (adorable; attractive; cute; appealing; enchanting; charming; lovely)
-
sweet (beloved; cute; dear; nice)
-
sweet (beloved; cherished; dear)
geliebte; tierbare; auserwählt; auserkoren; allerliebst-
geliebte bijvoeglijk naamwoord
-
tierbare bijvoeglijk naamwoord
-
auserwählt bijvoeglijk naamwoord
-
auserkoren bijvoeglijk naamwoord
-
allerliebst bijvoeglijk naamwoord
-
-
sweet (lovely; charming; cherished; graceful)
Vertaal Matrix voor sweet:
Verwante woorden van "sweet":
Synoniemen voor "sweet":
Antoniemen van "sweet":
Verwante definities voor "sweet":
Wiktionary: sweet
sweet
Cross Translation:
adjective
sweet
-
having a pleasant taste
-
having a taste of sugar
- sweet → süß
-
containing a sweetening ingredient
- sweet → zuckerhaltig; gezuckert
-
of a wine: retaining a portion of sugar
- sweet → lieblich
-
having a pleasant smell
- sweet → wohlriechend; duftend
-
having a pleasing disposition
-
having a helpful disposition
- sweet → nett
noun
-
meist Plural: Lebensmittel, die süß sind und als Naschzeug verwendet werden
-
der letzte Gang einer ausgedehnten Mahlzeit, der nach der Hauptspeise serviert wird
-
Gastronomie: Der abschließende Gang eines mehrgängigen Essens
-
eine beim Lutschen im Mund zergehende Süßigkeit
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• sweet | → niedlig | ↔ schattig — leuk, aardig, enig |
• sweet | → Praline | ↔ bonbon — een lekkernij bestaande uit een omhulsel van chocolade en een vulling van room, likeur, crème of iets dergelijks |
• sweet | → süß | ↔ zoet — ter omschrijving van een vaak als aangename ervaren smaak zoals die van suiker |
• sweet | → Bonbon; Zeltli; Zuckerl | ↔ bonbon — confiserie|fr sucrerie, friandise faite avec du sucre. Dans le langage des enfants, ce mot désigne toute sorte de friandise. |
• sweet | → toll; klasse | ↔ chouette — Qui plait, sympa. |
• sweet | → toll; klasse | ↔ chouette — Interjection exprimant la satisfaction. |
• sweet | → sanft; lieblich | ↔ doux — Agréable à entendre. |
• sweet | → süß | ↔ doux — D’une eau à teneur faible en minéraux. |
• sweet | → süß; lieblich; leicht | ↔ doux — Sucré, en évoquant une nourriture, ou une boisson. |
• sweet | → süß | ↔ sucré — Qui a un goût de sucre. |