Overzicht
Engels naar Duits: Meer gegevens...
-
self-command:
-
Wiktionary:
self-command → Selbstbeherrschung -
Synoniemen voor "self-command":
self-control; self-possession; possession; willpower; self-will; resoluteness; firmness; firmness of purpose; resolve; resolution
-
Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor self-command (Engels) in het Duits
self-command: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- self: ichselbst; ichselber
- command: Auftrag; Anweisung; Befehl; Weisung; Erlaß; Kommando; Instruktion; Zwangsbefehl; Beherrschung; Reserviertheit; Grad der Fähigkeiten; anführen; dirigieren; Gebot; Heeresbefehl; militärischer Befehl; Macht; Herrschaft; Obrigkeit; Autorität; führen; steuern; lenken; leiten; befehlen; anordnen; gebieten; verordnen; kommandieren; Führung; Leitung; Spitze; Vorgehen; Anführung; Vorausgehen; beauftragen; herrschen; erlassen; auftragen; beherrschen; regieren; Dienstbefehl; Oberbefehl
self-command:
Vertaal Matrix voor self-command:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| - | possession; self-control; self-possession; self-will; will power; willpower | |
| Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| - | self-control; self-restraint |
Synoniemen voor "self-command":
Verwante definities voor "self-command":
Wiktionary: self-command
self-command
noun
-
die Kontrolle über sich selbst