Overzicht
Engels naar Duits: Meer gegevens...
- privately:
-
private:
- privat; geschlossen; persönlich; intim; vertraulich; vertraut; gemütlich; traulich; lieb; ausgewählt; ergeben; teuer; wert; eigen
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor privately (Engels) in het Duits
privately:
-
privately (underhand)
unterderhand; heimlich; außergerechtlich-
unterderhand bijvoeglijk naamwoord
-
heimlich bijvoeglijk naamwoord
-
außergerechtlich bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor privately:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | in camera; in private | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | in private | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
außergerechtlich | privately; underhand | |
heimlich | privately; underhand | clandestine; concealed; conciliatory; covertly; disguised; furtive; hidden; illegal; illegitimate; illicit; in disguise; in secret; on the quiet; on the sly; pleasant; secret; secretly; sneakily; sneaking; stealthily; stealthy; underhanded; undisclosed; unseen; veiled |
unterderhand | privately; underhand |
Verwante woorden van "privately":
Synoniemen voor "privately":
Antoniemen van "privately":
Verwante definities voor "privately":
Wiktionary: privately
privately
adverb
-
bildungssprachlich: im ganz privaten Bereich, nicht offiziell, nicht öffentlich
privately vorm van private:
-
private (personal; separate)
privat; geschlossen; persönlich-
privat bijvoeglijk naamwoord
-
geschlossen bijvoeglijk naamwoord
-
persönlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
private (intimate; confidential)
intim; vertraulich; vertraut-
intim bijvoeglijk naamwoord
-
vertraulich bijvoeglijk naamwoord
-
vertraut bijvoeglijk naamwoord
-
-
private (confidential; intimate)
vertraulich; gemütlich; intim; vertraut; traulich-
vertraulich bijvoeglijk naamwoord
-
gemütlich bijvoeglijk naamwoord
-
intim bijvoeglijk naamwoord
-
vertraut bijvoeglijk naamwoord
-
traulich bijvoeglijk naamwoord
-
-
private (affectionate; favourite; cherished; preferential; dear; selected; exclusive; select; favorite)
lieb; ausgewählt; ergeben; teuer; wert-
lieb bijvoeglijk naamwoord
-
ausgewählt bijvoeglijk naamwoord
-
ergeben bijvoeglijk naamwoord
-
teuer bijvoeglijk naamwoord
-
wert bijvoeglijk naamwoord
-
-
private (own; ain)
-
private
– Pertaining to an item that is only visible to the owner. 2