Pip in het Duits vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

pip:
- Zündung; Lunte; Entzündung; Kontakt; Kerzendocht; Docht; Zündschnur; Flamme; Nuß; Kern; Stein; Fruchtkern
Wiktionary:
- pip → Zacken, Auge
- pip → Korn, Samen, Same, Kern, Ärger, Regenschirm

Engels

Uitgebreide vertaling voor pip (Engels) in het Duits

the pip (fuse; pith; wick; kernel; fuze)
die Zündung; die Lunte; die Entzündung; der Kontakt; der Kerzendocht; der Docht; die Zündschnur; die Flamme
- Zündung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Lunte [die ~] zelfstandig naamwoord
- Entzündung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kontakt [der ~] zelfstandig naamwoord
- Kerzendocht [der ~] zelfstandig naamwoord
- Docht [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zündschnur [die ~] zelfstandig naamwoord
- Flamme [die ~] zelfstandig naamwoord
the pip (seed; stone)
die Nuß; der Kern; der Stein; der Fruchtkern
- Nuß [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kern [der ~] zelfstandig naamwoord
- Stein [der ~] zelfstandig naamwoord
- Fruchtkern [der ~] zelfstandig naamwoord
the pip (stone; pit; kernel)
der Kern
- Kern [der ~] zelfstandig naamwoord
the pip (wick; kernel; pith)
der Docht; der Kerzendocht
- Docht [der ~] zelfstandig naamwoord
- Kerzendocht [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Docht	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick	wick
Entzündung	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick	combustion; fuse; fuze; ignition; infection; inflammation
Flamme	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick	blaze; fire; flames
Fruchtkern	pip; seed; stone
Kern	kernel; pip; pit; seed; stone	bone; bone marrow; center; centre; core; crux; essence; heart; inner; inner side; inside; interior; kernel; marrow; pith
Kerzendocht	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick
Kontakt	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick	business contact; connection; contact; intercourse; junctions; line; linkage; linking; social intercourse; telephone connection; touch
Lunte	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick
Nuß	pip; seed; stone
Stein	pip; seed; stone	boulder; cobbles; cobblestone; pebble; rock; rock formation; stone; stones
Zündschnur	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick
Zündung	fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick
-	blip; radar target; spot
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	hit; mop up; rack up; shoot; whip; worst

pip

noun

pip

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• pip	→ Korn	↔ grain — fruit et semence des céréales contenu dans l’épi ; des légumineuses.
• pip	→ Samen; Same; Korn	↔ graine — Ovule fécondé qui donne de nouvelles plantes après dispersion et germination.
• pip	→ Kern; Ärger; Regenschirm	↔ pépin — semence qui se trouver à l'intérieur de certains fruits.