Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Vertaal leash

Vertaal leash van Engels naar Duits

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

leash:
- Zügel; Halsband; Leine; Zaum; Longe
Wiktionary:
- leash → Hundeleine

Engels

Uitgebreide vertaling voor leash (Engels) in het Duits

leash:

leash [the ~] zelfstandig naamwoord

the leash (collar; bridle)
der Zügel; Halsband; die Leine; der Zaum; die Longe
- Zügel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Halsband [das ~] zelfstandig naamwoord
- Leine [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zaum [der ~] zelfstandig naamwoord
- Longe [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor leash:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Halsband	bridle; collar; leash
Leine	bridle; collar; leash	bridle; cord; facial line; file; furrow; girdle; leading strings; line; rank; rope; row; thong; wrinkle
Longe	bridle; collar; leash
Zaum	bridle; collar; leash	bridle; impediment; rein; reins
Zügel	bridle; collar; leash	bridle; bridles; impediment; rein; reins
-	3; III; collar; lead; ternary; tether; three; threesome; tierce; triad; trine; trinity; trio; troika
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	rope

Verwante woorden van "leash":

unleash, leashes

Synoniemen voor "leash":

tether; lead; restraint; constraint
three; 3; III; trio; threesome; tierce; troika; triad; trine; trinity; ternary; ternion; triplet; tercet; terzetto; trey; deuce-ace; digit; figure
collar
rope; tie; bind; rope in

Verwante definities voor "leash":

a figurative restraint¹
- kept a tight leash on his emotions¹
- he's always gotten a long leash¹
restraint consisting of a rope (or light chain) used to restrain an animal¹
the cardinal number that is the sum of one and one and one¹
fasten with a rope¹

Wiktionary: leash

leash

noun

long cord for dogs
- leash → Hundeleine

Verwante vertalingen van leash

leash on

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University