Engels
Uitgebreide vertaling voor laggard (Engels) in het Duits
laggard:
-
the laggard (straggler; trailer; back marker)
-
the laggard (dawdler; slowpoke; slowcoach; snail; loiterer)
der Faulpelz; die Quasselstrippe; der Salzsack; der Faselhans; die Drückebergerin; der Nachzügler; der Zauderer; der Faseler; die Trödelliese; der Drückeberger; der Faulenzer; der Nörgler; der Trödler
Vertaal Matrix voor laggard:
Verwante woorden van "laggard":
Synoniemen voor "laggard":
Verwante definities voor "laggard":
Wiktionary: laggard
laggard
noun
-
one who lags behind
- laggard → Bummler; Nachzügler
Computer vertaling door derden: