Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor jackets (Engels) in het Duits

jackets:

jackets [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the jackets (covers; wrappers)
    die Umschläge; die Überzüge
  2. the jackets (covers; wrappers)
    die Überzüge
  3. the jackets (covers; wrappers)
    Einschlagen
  4. the jackets (coats)
    Jäckchen

Vertaal Matrix voor jackets:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Einschlagen covers; jackets; wrappers
Jäckchen coats; jackets jacket; reefer; reefer jacket
Umschläge covers; jackets; wrappers bracts; compresses; endpapers; envelopes; fly leaves
Überzüge covers; jackets; wrappers covers; pillow-slips; sleeves; tickings; ticks; tracing

Verwante woorden van "jackets":


jacket:

jacket [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the jacket
    – a short coat 1
    die Joppe; die Jacke; die kurze Jacke
    • Joppe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
    • kurze Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. the jacket (reefer jacket; reefer)
    Jäckchen; die Jacke; Sakko
    • Jäckchen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Sakko [das ~] zelfstandig naamwoord
  3. the jacket (cloak; overcoat; coat)
    – a short coat 1
    der Mantel; Gewand
    • Mantel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Gewand [das ~] zelfstandig naamwoord
  4. the jacket (coat)
    – a short coat 1
    die Jacke
    • Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
  5. the jacket
    die Jacke; Sakko; die Joppe; die kurze Jacke
    • Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Sakko [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Joppe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • kurze Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
  6. the jacket
    die Jacke; die Joppe; die kurze Jacke
    • Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Joppe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • kurze Jacke [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jacket:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gewand cloak; coat; jacket; overcoat habit
Jacke coat; jacket; reefer; reefer jacket cloak; coat; overcoat
Joppe jacket
Jäckchen jacket; reefer; reefer jacket coats; jackets
Mantel cloak; coat; jacket; overcoat cloak; coat; overcoat
Sakko jacket; reefer; reefer jacket
kurze Jacke jacket
- cap; crown; crownwork; jacket crown
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- blazer; sports jacket

Verwante woorden van "jacket":


Synoniemen voor "jacket":


Verwante definities voor "jacket":

  1. (dentistry) dental appliance consisting of an artificial crown for a broken or decayed tooth1
  2. a short coat1
  3. an outer wrapping or casing1
    • phonograph records were sold in cardboard jackets1
  4. the tough metal shell casing for certain kinds of ammunition1
  5. the outer skin of a potato1
  6. put a jacket on1
    • The men were jacketed1
  7. provide with a thermally non-conducting cover1
    • The tubing needs to be jacketed1

Wiktionary: jacket

jacket
noun
  1. -
  2. piece of a person's suit
  3. piece of clothing worn on the upper body outside a shirt or blouse
jacket
noun
  1. Außenteil des Buches
  2. taillenlose Jacke
  3. kurzer, enger Männerrock (Männerrock im Sinne von Jacke)
  4. ein Bekleidungsstück, welches zum Bedecken des Oberkörpers vorgesehen ist

Cross Translation:
FromToVia
jacket Jackett colbert — korte herenjas
jacket Jacke blouson — vêtement|fr manteau court pris à la taille.
jacket Bettdecke; Decke; Bedeckung; Umschag; Verdeck couverture — Grande pièce d’étoffe épaisse