Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor gent (Engels) in het Duits

gent:

gent [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the gent (ruler; mister; lord; master; king)
    der Herr; der Herrscher; der Fürst; der König; der Gebieter
    • Herr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Herrscher [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Fürst [der ~] zelfstandig naamwoord
    • König [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Gebieter [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. the gent (bloke; man; fellow; )
    der Mann; der Kerl; Kerlchen; der Bursche; der Bruder; der Geselle
    • Mann [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Kerl [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Kerlchen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Bursche [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Bruder [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Geselle [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gent:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bruder bloke; chap; cove; fellow; gent; man; mister; type aide; attendant; brother; deacon; friar; male nurse; orderly; sib; sibling
Bursche bloke; chap; cove; fellow; gent; man; mister; type boy; lad; little boy; little chap; young man; youngster; youth
Fürst gent; king; lord; master; mister; ruler boss; chief; incumbent; king; leader; master; monarch; principal; regent; ruler; sovereign; viceroy
Gebieter gent; king; lord; master; mister; ruler boss; captain; centurion; chief; commander; commanding officer; headman; king; leader; lieutenant-colonel; lord; master; monarch; principal; ruler; usurper
Geselle bloke; chap; cove; fellow; gent; man; mister; type assistant; butler; bystander; chamber servant; chum; clerk; companion; disciple; female partner; follower; footman; friend; helper; imitator; lackey; man; mate; pal; pallbearer; partner; pupil; second servant; servant; shadower; valet
Herr gent; king; lord; master; mister; ruler Heavenly Father; Mr.; Sir; bloke; boss; butler; chamber servant; chap; chief; divineness; divinity; fellow; footman; godhood; guy; king; lackey; leader; man; master; monarch; pallbearer; principal; servant; sir; valet
Herrscher gent; king; lord; master; mister; ruler boss; chief; commander; incumbent; king; leader; lord; master; monarch; principal; regent; ruler; sovereign; usurper; viceroy
Kerl bloke; chap; cove; fellow; gent; man; mister; type bloke; blokes; buster; butler; chamber servant; chap; chaps; dandy; dude; fellow; fellows; footman; fop; gentleman; guys; lackey; lad; male; man; pallbearer; servant; valet
Kerlchen bloke; chap; cove; fellow; gent; man; mister; type baby; infant; kid; kiddy; lad; little boy; little chap; little child; little kid; nipper; small child; small one; son; sonny; tike; tiny tot; toddler; tot; tyke
König gent; king; lord; master; mister; ruler king; monarch
Mann bloke; chap; cove; fellow; gent; man; mister; type bloke; butler; chamber servant; chap; companion; fellow; footman; husband; lackey; lad; life companion; male; man; mistress; pallbearer; partner; servant; spouse; valet; wife
- blighter; bloke; chap; cuss; fella; feller; fellow; lad

Verwante woorden van "gent":

  • gents

Synoniemen voor "gent":


Verwante definities voor "gent":

  1. a boy or man1
  2. informal abbreviation of `gentleman'1