Frequent in het Duits vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

frequent:
- regulär; regelmäßig; normal; reglär; ständig; durchgehend; gewohnt; gewöhnlich; durchweg; wiederholt
- frequentieren; häufig besuchen; häufig aufsuchen
Wiktionary:
- frequent → häufig, frequent
- frequent → frequentieren
- frequent → häufig, frequentieren, umgehen

Engels

Uitgebreide vertaling voor frequent (Engels) in het Duits

frequent:

frequent bijvoeglijk naamwoord

frequent (regular; regularly; frequently; normal; at set times)
regulär; regelmäßig; normal; reglär; ständig; durchgehend; gewohnt; gewöhnlich; durchweg
- regulär bijvoeglijk naamwoord
- regelmäßig bijvoeglijk naamwoord
- normal bijvoeglijk naamwoord
- reglär bijvoeglijk naamwoord
- ständig bijvoeglijk naamwoord
- durchgehend bijvoeglijk naamwoord
- gewohnt bijvoeglijk naamwoord
- gewöhnlich bijvoeglijk naamwoord
- durchweg bijvoeglijk naamwoord
frequent (repeated; recurrent)
wiederholt
- wiederholt bijvoeglijk naamwoord

to frequent werkwoord (frequents, frequented, frequenting)

to frequent
frequentieren; häufig besuchen; häufig aufsuchen
- frequentieren werkwoord (frequentiere, frequentierst, frequentiert, frequentierte, frequentiertet, frequentiert)
- häufig besuchen werkwoord
- häufig aufsuchen werkwoord

Conjugations for frequent:

present

frequent
frequent
frequents
frequent
frequent
frequent

simple past

frequented
frequented
frequented
frequented
frequented
frequented

present perfect

have frequented
have frequented
has frequented
have frequented
have frequented
have frequented

past continuous

was frequenting
were frequenting
was frequenting
were frequenting
were frequenting
were frequenting

future

shall frequent
will frequent
will frequent
shall frequent
will frequent
will frequent

continuous present

am frequenting
are frequenting
is frequenting
are frequenting
are frequenting
are frequenting

subjunctive

be frequented
be frequented
be frequented
be frequented
be frequented
be frequented

diverse

frequent!
let's frequent!
frequented
frequenting

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor frequent:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
frequentieren	frequent
häufig aufsuchen	frequent
häufig besuchen	frequent
-	buy at; haunt; patronise; patronize; shop; shop at; sponsor
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	travel by; use
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
durchgehend	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly	connecting; constant; continual; continuous; everlasting; lasting; non stop; permanent; perpetual; persistent; repeated; unceasing; unending; uninterrupted; unremitting
durchweg	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly
gewohnt	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly	familiar; known; trusted; used to
gewöhnlich	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly	acceptable; as a rule; as usual; common; crude; current; customary; easy; effortless; free; freely; futile; generally; insignificant; light; meaningless; normal; ordinarily; ordinary; plain; trifling; trivial; true to habit; unaffected; unimportant; unpretentious; unremarkable; usually; vulgar; without pretentions
normal	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly
regelmäßig	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly	arranged; constant; continual; frequently; many times; often; orderly; regular; regularly; stable; steady; systematically; with regularity
reglär	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly
regulär	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly
ständig	at set times; frequent; frequently; normal; regular; regularly	all along; all the time; always; connected; constant; continual; continuous; everlasting; indefatigable; invariable; laced; lasting; non stop; permanent; persistent; repeated; restless; running; steady; trough; unbroken; unceasing; undisturbed; uninterrupted; unremitting; untiring; unwearying
wiederholt	frequent; recurrent; repeated	constant; continual; frequently; many a time; many times; often; repeatedly; stable; steady; time and time again

Verwante woorden van "frequent":

frequenting, frequentest, frequently

Synoniemen voor "frequent":

prevailing; predominant; regular; steady
common
patronize; patronise; shop; shop at; buy at; sponsor; support; back up
haunt; travel to; visit

Antoniemen van "frequent":

infrequent; boycott

Verwante definities voor "frequent":

frequently encountered¹
- a frequent (or common) error is using the transitive verb `lay' for the intransitive `lie'¹
coming at short intervals or habitually¹
- a frequent guest¹
- frequent complaints¹
be a regular or frequent visitor to a certain place¹
do one's shopping at; do business with; be a customer or client of¹

Wiktionary: frequent

frequent

adjective

done or occurring often
- frequent → häufig

frequent

adjective

vielfach vorkommend, viele Male, immer wieder auftretend
- häufig → frequently; frequent; common; often
veraltend: häufig, oft
- frequent → frequent

verb

(häufig) besuchen, aufsuchen
- frequentieren → frequent

Cross Translation:

From	To	Via
• frequent	→ häufig	↔ fréquent — Qui se reproduire souvent.
• frequent	→ frequentieren; umgehen	↔ fréquenter — aller souvent dans un lieu.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van frequent

very frequent

Remove Ads

Vertaal frequent van Engels naar Duits

Uitgebreide vertaling voor frequent (Engels) in het Duits

frequent:

frequent bijvoeglijk naamwoord

frequent (regular; regularly; frequently; normal; at set times)

frequent (repeated; recurrent)

to frequent werkwoord (frequents, frequented, frequenting)

to frequent

Conjugations for frequent:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

Vertaal Matrix voor frequent:

Verwante woorden van "frequent":

Synoniemen voor "frequent":

Antoniemen van "frequent":

Verwante definities voor "frequent":

Wiktionary: frequent

Verwante vertalingen van frequent