Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Vertaal flex

Vertaal flex van Engels naar Duits

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

flex:
- Elektrizitätsschnur
Wiktionary:
- flex → Muskeln, spielen, lassen, biegen, beugen, knicken
- flex → Anschlusskabel, Elastizität, Flexibilität, Biegsamkeit, Anpassungsfähigkeit, Beweglichkeit
- flex → Anschlusskabel, bandagieren, mit Bandagen versehen, verbinden, aufziehen, spannen, anspannen, ausspannen, straffen, anziehen

Engels

Uitgebreide vertaling voor flex (Engels) in het Duits

flex:

flex [the ~] zelfstandig naamwoord

the flex
die Elektrizitätsschnur
- Elektrizitätsschnur [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor flex:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Elektrizitätsschnur	flex
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	bend; deform; turn; twist

Verwante woorden van "flex":

reflex, flexes

Synoniemen voor "flex":

flexion; flexure
shrink; contract
flaunt; flash; show off; ostentate; swank
bend; change shape; change form; deform
move
deform; twist; turn

Antoniemen van "flex":

straighten; unbend

Verwante definities voor "flex":

the act of flexing¹
- he gave his biceps a flex to impress the ladies¹
cause (a plastic object) to assume a crooked or angular form¹
bend a joint¹
- flex your wrists¹
form a curve¹
contract¹
- flex a muscle¹
exhibit the strength of¹
- The victorious army flexes its invincibility¹

Wiktionary: flex

flex

verb

to tighten one's muscles
- flex → Muskeln; spielen; lassen
to repeatedly bend one's joints
- flex → biegen
to move part of the body using one's muscles
- flex → beugen
to bend something
- flex → knicken; biegen

noun

insulated electrical wiring
- flex → Anschlusskabel
flexibility
- flex → Elastizität; Flexibilität; Biegsamkeit
the act of flexing
- flex → Anpassungsfähigkeit; Beweglichkeit

Cross Translation:

From	To	Via
• flex	→ Anschlusskabel	↔ snoer — elektriciteitskabel
• flex	→ bandagieren; mit Bandagen versehen; verbinden; aufziehen; spannen; anspannen; ausspannen; straffen; anziehen	↔ bander — (familier, fr) Occitanie\|fr exaspérer, gonfler.

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University