Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. farmhouse:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor farmhouse (Engels) in het Duits

farmhouse:

farmhouse [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the farmhouse (farm; homestead; estate; )
    – house for a farmer and family 1
    der Bauernhof; Bauernhaus; Bauerngehöft
  2. the farmhouse
    Bauernhaus; Bauerngehöft

Vertaal Matrix voor farmhouse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bauerngehöft estate; farm; farm house; farmershome; farmhouse; farmstead; homestead
Bauernhaus estate; farm; farm house; farmershome; farmhouse; farmstead; homestead
Bauernhof estate; farm; farm house; farmershome; farmhouse; farmstead; homestead farm; farmstead; farmyard; husbandry

Verwante woorden van "farmhouse":


Synoniemen voor "farmhouse":


Verwante definities voor "farmhouse":

  1. house for a farmer and family1

Wiktionary: farmhouse

farmhouse
noun
  1. farmer's residence
farmhouse
noun
  1. Gebäude: ursprünglich von Bauern bewohntes und zu landwirtschaftlichen Zwecke genutztes Haus

Verwante vertalingen van farmhouse