Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Vertaal exagerate

Vertaal exagerate van Engels naar Duits

Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. exagerate:

Engels

Uitgebreide vertaling voor exagerate (Engels) in het Duits

exagerate:

exagerate werkwoord

  1. exagerate (brag; boast; talk big)
    angeben; schneiden; aufgeben; auftragen; bedienen; häufen; aufschlagen; tönen; servieren; aufreißen; zerkleinern; aufschneiden; zerstückeln; kleinmachen; verschnippeln; sichbedienen
    • angeben werkwoord (gebe an, gibst an, gibt an, gab an, gabt an, angegeben)
    • schneiden werkwoord (schneide, schneidest, schneidet, schnitt, schnittet, geschnitten)
    • aufgeben werkwoord (gebe auf, gibst auf, gibt auf, gab auf, gabt auf, aufgegeben)
    • auftragen werkwoord (trage auf, trägst auf, trägt auf, trug auf, trugt auf, aufgetragen)
    • bedienen werkwoord (bediene, bedienst, bedient, bediente, bedientet, bedient)
    • häufen werkwoord (häufe, häufst, häuft, häufte, häuftet, gehäuft)
    • aufschlagen werkwoord (schlage auf, schlägst auf, schlägt auf, schlug auf, schlugt auf, aufgeschlagen)
    • tönen werkwoord (töne, tönst, tönt, tönte, töntet, getönt)
    • servieren werkwoord (serviere, servierst, serviert, servierte, serviertet, serviert)
    • aufreißen werkwoord
    • zerkleinern werkwoord (zerkleinere, zerkleinerst, zerkleinert, zerkleinerte, zerkleinertet, zerkleinert)
    • aufschneiden werkwoord (schneide auf, schneidest auf, schneidet auf, schnitt auf, schnittet auf, aufgeschnitten)
    • zerstückeln werkwoord (zerstückele, zerstückelst, zerstückelt, zerstückelte, zerstückeltet, zerstückelt)
    • kleinmachen werkwoord (mache klein, machst klein, macht klein, machte klein, machtet klein, kleingemacht)
    • verschnippeln werkwoord (verschnippele, verschnippelst, verschnippelt, verschnippelte, verschnippeltet, verschnippelt)
    • sichbedienen werkwoord

Vertaal Matrix voor exagerate:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
angeben boast; brag; exagerate; talk big blab; boast; brag; declare; disclose; give; give away; inform against; reveal; squeal; swank; talk big; tout
aufgeben boast; brag; exagerate; talk big capitulate; give in; give up; give up hope; mail; post; sacrifice; surrender; throw in the towel
aufreißen boast; brag; exagerate; talk big break open; crack; decode; force open; rend; rip; rip open; tear; tear open
aufschlagen boast; brag; exagerate; talk big end up; open; open up; unlock
aufschneiden boast; brag; exagerate; talk big boast; brag; cut up; overstate; swank; talk big; tout
auftragen boast; brag; exagerate; talk big aggravate; become worn; burden; catch; charge; command; contract; dish up; do up; get; get worn out; ordain; order; receive; serve; serve out; wear out
bedienen boast; brag; exagerate; talk big attend to; dish up; serve; serve out
häufen boast; brag; exagerate; talk big accumulate; collect; gather; heap up; mount up; pile up; place upon; stack
kleinmachen boast; brag; exagerate; talk big cut up
schneiden boast; brag; exagerate; talk big bite; clip; coldshoulder; cut; cut back; cut close; cut off; cut up; disregard; etch; ignore; pare; play with effect; prune; reap; skim; sting; style someone's hair; trim
servieren boast; brag; exagerate; talk big dish up; do up; preconceive; premise; serve; serve out
sichbedienen boast; brag; exagerate; talk big
tönen boast; brag; exagerate; talk big use difficult words
verschnippeln boast; brag; exagerate; talk big
zerkleinern boast; brag; exagerate; talk big crush; cut up; dash; pulverise; pulverize; rub fine; shatter; smash
zerstückeln boast; brag; exagerate; talk big cut to pieces







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0855 seconde
Page rendered in 1.0 seconds