Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. creatures:
  2. creature:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor creatures (Engels) in het Duits

creatures:

creatures [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the creatures (insects; beasts; animals)
    Insekten; Kerbtier

Vertaal Matrix voor creatures:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Insekten animals; beasts; creatures; insects
Kerbtier animals; beasts; creatures; insects

Verwante woorden van "creatures":


creatures vorm van creature:

creature [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the creature (creation)
    Erzeugnis; Geschöpf; Gebilde
  2. the creature (animal kingdom; fauna)
    Tierreich; Tiere; Getier; Tier
    • Tierreich [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Tiere [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Getier [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Tier [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor creature:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Erzeugnis creation; creature creation; manufacture; product
Gebilde creation; creature building; building-block; complex; construction; edifice; figure; lot; masterpiece; masterwork; premises; shape; structure
Geschöpf creation; creature
Getier animal kingdom; creature; fauna animal; animals; beast; beasts
Tier animal kingdom; creature; fauna animal; beast
Tiere animal kingdom; creature; fauna animals; beasts
Tierreich animal kingdom; creature; fauna
- animal; animate being; beast; brute; fauna; puppet; tool; wight

Verwante woorden van "creature":


Synoniemen voor "creature":


Verwante definities voor "creature":

  1. a living organism characterized by voluntary movement1
  2. a human being; `wight' is an archaic term1
  3. a person who is controlled by others and is used to perform unpleasant or dishonest tasks for someone else1

Wiktionary: creature

creature
noun
  1. A creature
creature
noun
  1. in bestimmter Art und Weise in Erscheinung Tretendes, meist lebendiger Organismus
  2. Lebewesen, Geschöpf, etwas „Kreiertes“, „Geschaffenes“
  3. umgangssprachlich (besonders süddeutsch, österreichisch): armes, bedauernswertes Wesen, Kind; ängstlicher Mensch
  4. Theologie: Lebewesen, das durch einen in vollkommener Freiheit erfolgten Schöpfungsakt Gottes in sein Dasein gesetzt wurde

Cross Translation:
FromToVia
creature Geschöpf schepsel — creatuur; iets dat gemaakt is
creature Geschöpf creatuur — schepsel; iets dat gemaakt is
creature Geschöpf; Kreatur créature — Résultat de la création