Overzicht
Engels naar Duits: Meer gegevens...
- crammed:
- cram:
-
Wiktionary:
- cram → pauken, büffeln, stopfen
- cram → voll pfropfen, büffeln
Engels
Uitgebreide vertaling voor crammed (Engels) in het Duits
crammed:
-
crammed (full to the brim; overcrowded; chockfull; packed; crowded; chock-a-block)
übervoll; überfüllt; gepfropft voll; vollgestopft; gestopft voll; gerammelt voll; gedrängt voll-
übervoll bijvoeglijk naamwoord
-
überfüllt bijvoeglijk naamwoord
-
gepfropft voll bijvoeglijk naamwoord
-
vollgestopft bijvoeglijk naamwoord
-
gestopft voll bijvoeglijk naamwoord
-
gerammelt voll bijvoeglijk naamwoord
-
gedrängt voll bijvoeglijk naamwoord
-
-
crammed (packed; full)
vollgeladen-
vollgeladen bijvoeglijk naamwoord
-
-
crammed (chock-full; packed)
zusammengedrängt; gerammeltvoll; voll; überfüllt; übervoll; vollgestopft; gerammelt voll; gedrängt voll-
zusammengedrängt bijvoeglijk naamwoord
-
gerammeltvoll bijvoeglijk naamwoord
-
voll bijvoeglijk naamwoord
-
überfüllt bijvoeglijk naamwoord
-
übervoll bijvoeglijk naamwoord
-
vollgestopft bijvoeglijk naamwoord
-
gerammelt voll bijvoeglijk naamwoord
-
gedrängt voll bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor crammed:
cram:
-
to cram
-
to cram
-
to cram
vollstopfen-
vollstopfen werkwoord (stopfe voll, stopfst voll, stopft voll, stopfte voll, stopftet voll, vollgestopft)
-
Conjugations for cram:
present
- cram
- cram
- crams
- cram
- cram
- cram
simple past
- crammed
- crammed
- crammed
- crammed
- crammed
- crammed
present perfect
- have crammed
- have crammed
- has crammed
- have crammed
- have crammed
- have crammed
past continuous
- was cramming
- were cramming
- was cramming
- were cramming
- were cramming
- were cramming
future
- shall cram
- will cram
- will cram
- shall cram
- will cram
- will cram
continuous present
- am cramming
- are cramming
- is cramming
- are cramming
- are cramming
- are cramming
subjunctive
- be crammed
- be crammed
- be crammed
- be crammed
- be crammed
- be crammed
diverse
- cram!
- let's cram!
- crammed
- cramming
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor cram:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fressen | cram | consume; devour; dine; dine out; gormandise; gormandize; gourmandize; gulp down; nibble; nybble; stuff with food; swallow up; wine and dine |
stopfen | cram | caulk; consume; darn; dispatch; fill gaps; fill up; gormandise; gormandize; gourmandize; gulp down; lead to constipation; mend; stop; stop holes; stuff; stuff with food |
vollstopfen | cram | fill up well; gormandise; gormandize; gourmandize; stuff; stuff with food |
- | bone; bone up; chock up; drum; get up; grind away; jam; jampack; mug up; ram; swot; swot up; wad |
Synoniemen voor "cram":
Verwante definities voor "cram":
Wiktionary: cram
cram
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• cram | → voll pfropfen | ↔ volproppen — overvol maken door er nog iets bij te duwen |
• cram | → büffeln | ↔ blokken — heel hard studeren |