Overzicht
Engels naar Duits: Meer gegevens...
- compelling:
- compel:
-
Wiktionary:
- compelling → fesselnd, überwältigend, unwiderstehlich, zwingend
- compel → zwingen, nötigen
- compel → zwingen, nötigen, aufnötigen, aufdrängen, dringen, aufdringen
Engels
Uitgebreide vertaling voor compelling (Engels) in het Duits
compelling:
-
compelling (imperative)
imperativ; zwingend; unabweislich-
imperativ bijvoeglijk naamwoord
-
zwingend bijvoeglijk naamwoord
-
unabweislich bijvoeglijk naamwoord
-
-
compelling (irresistible)
unwiderstehlich-
unwiderstehlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
compelling (heart warming; touching; emotional; stirring; gripping; moving; thrilling)
emotional; rührend; ergreifend; herzzerreißend; bewegend; herzergreifend; tragisch-
emotional bijvoeglijk naamwoord
-
rührend bijvoeglijk naamwoord
-
ergreifend bijvoeglijk naamwoord
-
herzzerreißend bijvoeglijk naamwoord
-
bewegend bijvoeglijk naamwoord
-
herzergreifend bijvoeglijk naamwoord
-
tragisch bijvoeglijk naamwoord
-
-
compelling
– Persuasive, convincing, or attractive. 1überzeugend-
überzeugend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor compelling:
Verwante woorden van "compelling":
Synoniemen voor "compelling":
Verwante definities voor "compelling":
Wiktionary: compelling
compelling
adjective
-
forceful
- compelling → fesselnd; überwältigend; unwiderstehlich
-
requiring urgent attention
- compelling → zwingend
compelling vorm van compel:
Conjugations for compel:
present
- compel
- compel
- compels
- compel
- compel
- compel
simple past
- compelled
- compelled
- compelled
- compelled
- compelled
- compelled
present perfect
- have compelled
- have compelled
- has compelled
- have compelled
- have compelled
- have compelled
past continuous
- was compelling
- were compelling
- was compelling
- were compelling
- were compelling
- were compelling
future
- shall compel
- will compel
- will compel
- shall compel
- will compel
- will compel
continuous present
- am compelling
- are compelling
- is compelling
- are compelling
- are compelling
- are compelling
subjunctive
- be compelled
- be compelled
- be compelled
- be compelled
- be compelled
- be compelled
diverse
- compel!
- let's compel!
- compelled
- compelling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor compel:
Synoniemen voor "compel":
Verwante definities voor "compel":
Wiktionary: compel
compel
Cross Translation:
verb
compel
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• compel | → zwingen | ↔ dwingen — iemand tegen zijn wil iets opleggen |
• compel | → zwingen | ↔ astreindre — Contraindre à quelque chose. |
• compel | → zwingen; nötigen; aufnötigen; aufdrängen; dringen; aufdringen | ↔ obliger — Mettre quelqu’un dans l’obligation de faire ou de dire quelque chose. (Sens général). |