Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Vertaal clotted

Vertaal clotted van Engels naar Duits

Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. clotted:
  2. clot:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor clotted (Engels) in het Duits

clotted:

clotted bijvoeglijk naamwoord

  1. clotted (curdled)
    erstarrt; starr; geronnen
  2. clotted
    klebrig; klumpig; gummiartig

Vertaal Matrix voor clotted:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- clogged
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
erstarrt clotted; curdled fixed; fossilised; fossilized; frozen; grown stiff; petrified; rigid; set; star; stern; stiff; turned to stone
geronnen clotted; curdled babbling; lapping; purling; rippling
gummiartig clotted energetic; full of energy; gluey; glutinous; gum-like; gummy; rubbery; sticky; tacky; viscous
klebrig clotted sticky
klumpig clotted
starr clotted; curdled against the grain; fixed; fossilised; fossilized; frozen; gazing; grown stiff; headstrong; immovable; inflexible; obstinate; petrified; pig-headed; recalcitrant; rigid; set; star; starchy; stern; stiff; stiff-necked; straight-backed; stubborn; turned to stone; unbending; wilful; willful; wooden

Synoniemen voor "clotted":


Verwante definities voor "clotted":

  1. thickened or coalesced in soft thick lumps (such as clogs or clots)1
    • clotted blood1

clotted vorm van clot:

clot [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the clot (lump)
    der Klumpen; der Grus; der Brocken; der Holzschuh; der Klecks; der Tölpel
    • Klumpen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Grus [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Brocken [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Holzschuh [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Klecks [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Tölpel [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. the clot (blob; slush; dab)
    der Schmutz; der Schlamm; der Klacks; der Klecks; der Dreck; der Klumpen; der Matsch
    • Schmutz [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Schlamm [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Klacks [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Klecks [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Dreck [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Klumpen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Matsch [der ~] zelfstandig naamwoord

to clot werkwoord (clots, clotted, clotting)

  1. to clot (coagulate; congeal; curdle)
    klumpen
    • klumpen werkwoord (klumpe, klumpst, klumpt, klumpte, klumptet, geklumpt)
  2. to clot (coagulate; curdle)
    verdicken; steif werden; gerinnen; käsen
    • verdicken werkwoord (verdicke, verdickst, verdickt, verdickte, verdicktet, verdickt)
    • steif werden werkwoord
    • gerinnen werkwoord (gerinne, gerinnst, gerinnt, gerann, gerannt, geronnen)
    • käsen werkwoord (käse, käst, käste, kästet, gekäst)

Conjugations for clot:

present
  1. clot
  2. clot
  3. clots
  4. clot
  5. clot
  6. clot
simple past
  1. clotted
  2. clotted
  3. clotted
  4. clotted
  5. clotted
  6. clotted
present perfect
  1. have clotted
  2. have clotted
  3. has clotted
  4. have clotted
  5. have clotted
  6. have clotted
past continuous
  1. was clotting
  2. were clotting
  3. was clotting
  4. were clotting
  5. were clotting
  6. were clotting
future
  1. shall clot
  2. will clot
  3. will clot
  4. shall clot
  5. will clot
  6. will clot
continuous present
  1. am clotting
  2. are clotting
  3. is clotting
  4. are clotting
  5. are clotting
  6. are clotting
subjunctive
  1. be clotted
  2. be clotted
  3. be clotted
  4. be clotted
  5. be clotted
  6. be clotted
diverse
  1. clot!
  2. let's clot!
  5. clotted
  6. clotting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor clot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Brocken clot; lump chunk; fragment; little bit; little lump; lump; particle; piece; section; strapper; whopper
Dreck blob; clot; dab; slush contamination; crap; dinginess; dirt; dirtiness; dirty; dirtyness; droppings; dust; excrements; excreta; excretion; faeces; feces; filth; filthiness; filthy; filthyness; griminess; grit; grubbiness; mire; muck; mud; night soil; obscenity; pollution; shit; sloppiness; sludge; smut; speck of dust; stool; turd
Grus clot; lump gravel; grit; pebble-sand; shingle
Holzschuh clot; lump clog; wooden shoe
Klacks blob; clot; dab; slush
Klecks blob; clot; dab; lump; slush blot; cervical smear; dirt-mark; dirty spot; mop; smear; spatter; speck; splash; spot; stain; swab
Klumpen blob; clot; dab; lump; slush bunch; chunk; crowd; heap; lot; pile; strapper; whopper
Matsch blob; clot; dab; slush dredgings; mud; mud flat; silt; slush
Schlamm blob; clot; dab; slush dredgings; dregs; lees; muck; mud; mud flat; sediment; silt; sludge; slush
Schmutz blob; clot; dab; slush carelessness; contamination; crap; dinginess; dirt; dirtiness; dirty; dirtyness; droppings; filth; filthiness; filthy; griminess; grubbiness; inaccuracy; mire; muck; mud; obscenity; pollution; shit; sloppiness; slovenliness; sludge; smut; turd
Tölpel clot; lump Simple Simon; bastard; birdbrain; boor; churl; clodhopper; clumsy fellow; dolt; duffer; dumbo; fool; hulk; idiot; ill-mannered brute; lout; numbskull; nutcase; prole; rattle-brain; silly man; simple mind; simpleton; slob; swine; yokel
- coagulum
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gerinnen clot; coagulate; curdle get acid; make sour; sour; turn sour
klumpen clot; coagulate; congeal; curdle
käsen clot; coagulate; curdle coagulate; curdle
steif werden clot; coagulate; curdle coagulate; set; solidify; stiffen
verdicken clot; coagulate; curdle become thicker; concentrate; condense; make something coagulate; make something congeal; thicken
- clabber; clog; coagulate; curdle
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- coagulate

Verwante woorden van "clot":

  • clots

Synoniemen voor "clot":


Antoniemen van "clot":

  • homogenize; homogenise

Verwante definities voor "clot":

  1. a lump of material formed from the content of a liquid1
  2. coalesce or unite in a mass1
    • Blood clots1
  3. turn into curds1
  4. change from a liquid to a thickened or solid state1
  5. cause to change from a liquid to a solid or thickened state1

Wiktionary: clot

clot
verb
  1. to form into a clot
noun
  1. a silly person
  2. blood clot
clot
  1. zusammenklumpen und ausfallen einer Substanz aus einer Suspension oder Lösung
noun
  1. Medizin: kleine Ansammlung klumpig gewordenen Blutes im Blutkreislauf
  2. geronnenes Blut, das ein Blutgefäß im Körper verstopfen
Cross Translation:
FromToVia
• clot → Holzscheit; Kloben; Scheit; Stamm ↔ buche — morceau de bois taillé pour le chauffage.
• clot → Holzscheit; Kloben; Scheit; Stamm ↔ bûche — morceau de bois taillé pour le chauffage.

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2025 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0546 seconde
Page rendered in 1.0 seconds