Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. census:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor census (Engels) in het Duits

census:

census [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the census
    die Volkszählung
  2. the census
    die Zählung
    • Zählung [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor census:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Volkszählung census population census
Zählung census addition; count; sum; total amount
- nose count; nosecount

Verwante woorden van "census":

  • censuses

Synoniemen voor "census":


Verwante definities voor "census":

  1. a periodic count of the population1
  2. conduct a census1
    • They censused the deer in the forest1

Wiktionary: census

census
verb
  1. collect a census
noun
  1. official count of members of a population
census
noun
  1. Feststellung der Anzahl/Menge von Gegenständen (Vorgang und Ergebnis)
  2. Demographie: Erhebung demographischer Daten

Cross Translation:
FromToVia
census Inventur recensementdénombrement ou inventaire de personnes, d’effets, de suffrages, etc.