Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Vertaal boastfully

Vertaal boastfully van Engels naar Duits

Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. boastful:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor boastfully (Engels) in het Duits

boastfully:


Vertaal Matrix voor boastfully:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- big; large; vauntingly

Synoniemen voor "boastfully":


Verwante definities voor "boastfully":

  1. in a boastful manner1

Wiktionary: boastfully

boastfully
adjective
  1. salopp abwertend: in unsympathischer, abstoßender Weise großsprecherisch übertreibend

boastful:

boastful bijvoeglijk naamwoord

  1. boastful (grandiloquent; bragging; boasting)
    protzend; großsprecherisch; angeberisch; aufschneiderisch; prahlerisch; dicktuerisch
  2. boastful (lah-di-dah; flaunting; overweening; haughty; loud)
    auffallend; auffällig; lautstark; hochmütig; lauthals; aufgeblasen; aufgebläht; aufschneiderisch; hoffärtig

Vertaal Matrix voor boastful:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- big; braggart; bragging; braggy; cock-a-hoop; crowing; self-aggrandising; self-aggrandizing
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- grandiloquent
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
angeberisch boastful; boasting; bragging; grandiloquent
auffallend boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening blatant; conspicuous; distinct; excessive; explicit; extreme; leaps out at you; notable; obvious; outstanding; prominent; pronounced; remarkable; showy; sticks out; striking; unmistakable
auffällig boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening blatant; conspicuous; distinct; eccentric; exceptional; excessive; explicit; extreme; extremely; greatly; highly; notable; obvious; outstanding; particular; pronounced; remarkable; showy; special; striking; ultra; unmistakable
aufgeblasen boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening arrogant; blatant; bombastic; grandiloquent; haughty; inflated; obvious; pompous; proud; showy; swolen headed
aufgebläht boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening arrogant; blatant; bloated; depreciatory; derogatory; disparaging; glorious; haughty; high-and-mighty; high-handed; lofty; obvious; presumptuous; proud; showy; slighting; supercilious; superior; vigorous
aufschneiderisch boastful; boasting; bragging; flaunting; grandiloquent; haughty; lah-di-dah; loud; overweening blatant; obvious; showy
dicktuerisch boastful; boasting; bragging; grandiloquent bombastic
großsprecherisch boastful; boasting; bragging; grandiloquent bombastic; flaunting; showing
hochmütig boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening arrogant; condescending; depreciatory; derogatory; disparaging; haughty; high-and-mighty; high-handed; overbearing; presumptuous; proud; self-satisfied; slighting; stuck-up; supercilious; superior
hoffärtig boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening arrogant; condescending; depreciatory; derogatory; disparaging; haughty; high-and-mighty; overbearing; presumptuous; proud; self-satisfied; slighting; stuck-up; supercilious
lauthals boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening aloud; blatant; boisterous; clamorous; loud; loudly; noisy; obvious; out loud; showy
lautstark boastful; flaunting; haughty; lah-di-dah; loud; overweening aloud; at the top of one's voice; blatant; boisterous; clamorous; loud; loudly; lustily; noisy; obvious; openly; out loud; screaming; shouting; showy; uproarious
prahlerisch boastful; boasting; bragging; grandiloquent bombastic
protzend boastful; boasting; bragging; grandiloquent

Verwante woorden van "boastful":

  • boastfulness, boastfully

Synoniemen voor "boastful":


Verwante definities voor "boastful":

  1. exhibiting self-importance1

Wiktionary: boastful

boastful
adjective
  1. tending to boast or brag

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0357 seconde
Page rendered in 1.0 seconds