Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bleeper:
  2. bleep:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor bleeper (Engels) in het Duits

bleeper:

bleeper [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bleeper
    Semafoon
    • Semafoon [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bleeper:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Semafoon bleeper

Verwante woorden van "bleeper":

  • bleepers

bleep:

bleep [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bleep (squeak)
    der Piepton; der Pfeifton
    • Piepton [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Pfeifton [der ~] zelfstandig naamwoord

bleep bijvoeglijk naamwoord

  1. bleep (beep)
    biep
    • biep bijvoeglijk naamwoord

to bleep werkwoord (bleeps, bleeped, bleeping)

  1. to bleep
    aufrufen; anpiepen
    • aufrufen werkwoord (rufe auf, rufst auf, ruft auf, rief auf, rieft auf, aufgerufen)
    • anpiepen werkwoord (piepe an, piepst an, piept an, piepte an, pieptet an, angepiept)

Conjugations for bleep:

present
  1. bleep
  2. bleep
  3. bleeps
  4. bleep
  5. bleep
  6. bleep
simple past
  1. bleeped
  2. bleeped
  3. bleeped
  4. bleeped
  5. bleeped
  6. bleeped
present perfect
  1. have bleeped
  2. have bleeped
  3. has bleeped
  4. have bleeped
  5. have bleeped
  6. have bleeped
past continuous
  1. was bleeping
  2. were bleeping
  3. was bleeping
  4. were bleeping
  5. were bleeping
  6. were bleeping
future
  1. shall bleep
  2. will bleep
  3. will bleep
  4. shall bleep
  5. will bleep
  6. will bleep
continuous present
  1. am bleeping
  2. are bleeping
  3. is bleeping
  4. are bleeping
  5. are bleeping
  6. are bleeping
subjunctive
  1. be bleeped
  2. be bleeped
  3. be bleeped
  4. be bleeped
  5. be bleeped
  6. be bleeped
diverse
  1. bleep!
  2. let's bleep!
  3. bleeped
  4. bleeping
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor bleep:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Pfeifton bleep; squeak
Piepton bleep; squeak
- beep
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anpiepen bleep
aufrufen bleep call; call together; call up; invoke; remind; send for; subpoena; summon
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
biep beep; bleep

Verwante woorden van "bleep":

  • bleeping, bleeps

Synoniemen voor "bleep":


Verwante definities voor "bleep":

  1. a short high tone produced as a signal or warning1
  2. emit a single short high-pitched signal1
    • The computer bleeped away1

Wiktionary: bleep

bleep
noun
  1. high-pitched sound
verb
  1. to emit high-pitched sound

Computer vertaling door derden: