Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor babysitter (Engels) in het Duits

babysitter:

babysitter [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the babysitter (child minder; nanny; nurse)
    der Babysitter; der Betreuer

Vertaal Matrix voor babysitter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Babysitter babysitter; child minder; nanny; nurse attendants
Betreuer babysitter; child minder; nanny; nurse animal foster; attendant; caretaker; facilitator; nurse; orderly
- baby-sitter; sitter

Verwante woorden van "babysitter":

  • babysitters

Synoniemen voor "babysitter":


Verwante definities voor "babysitter":

  1. a person engaged to care for children when the parents are not home1

Wiktionary: babysitter

babysitter
noun
  1. baby or child caretaker
babysitter
noun
  1. Person, die Säuglinge und Kleinkinder in Abwesenheit ihrer Eltern meist gegen Bezahlung hütet

Cross Translation:
FromToVia
babysitter Babysitter; Kinderhüter; Kinderbetreuer baby-sitter — Garde de bébé ou d’enfant