Engels
Uitgebreide vertaling voor as (Engels) in het Duits
as:
-
as (since)
-
as (given that; since)
da; weil; angesichts-
da bijvoeglijk naamwoord
-
weil bijvoeglijk naamwoord
-
angesichts bijvoeglijk naamwoord
-
-
as (because)
-
as (according as; in proportion as)
je nachdem; in dem Maße; wie-
je nachdem bijvoeglijk naamwoord
-
in dem Maße bijvoeglijk naamwoord
-
wie bijvoeglijk naamwoord
-
-
as (while; during)
während; indessen; währendessen-
während bijvoeglijk naamwoord
-
indessen bijvoeglijk naamwoord
-
währendessen bijvoeglijk naamwoord
-
-
as (when)
-
as (meanwhile; in the mean time; in the meantime; in between; whilst; while)
zwischenzeitlich; in der Zwischenzeit; indessen; währenddessen; indes-
zwischenzeitlich bijvoeglijk naamwoord
-
in der Zwischenzeit bijvoeglijk naamwoord
-
indessen bijvoeglijk naamwoord
-
währenddessen bijvoeglijk naamwoord
-
indes bijvoeglijk naamwoord
-
-
as (equally; likewise; ditto; in the same way as; just as; as much; the same)
-
as (like; such as; just like)
sowohl als-
sowohl als bijvoeglijk naamwoord
-
-
as (like; such as; just like)
gemäß; wie; gleichwie; im übereinstimmung mit-
gemäß bijvoeglijk naamwoord
-
wie bijvoeglijk naamwoord
-
gleichwie bijvoeglijk naamwoord
-
im übereinstimmung mit bijvoeglijk naamwoord
-
-
as (just like; such as; like)
Vertaal Matrix voor as:
Synoniemen voor "as":
Verwante definities voor "as":
Wiktionary: as
as
Cross Translation:
-
veraltend: nebensatzeinleitende Konjunktion (= Subjunktion), die Gleichzeitigkeit ausdrückt
-
in Form + Nominativ
-
gefolgt von einer adverbialen Bestimmung oder einem Attribut: Satzteilkonjunktion
-
Subjunktion, die einen kausalen Nebensatz einleitet, auf dem besonderer Nachdruck liegt; im Hauptsatz stehen oft Wörter wie darum, deshalb oder deswegen, die auf den Nebensatz hinweisen sollen, weil kann dann nicht durch da ersetzt werden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• as | → da; weil | ↔ daar — omdat |
• as | → so | ↔ ainsi que — Comme, à la manière de. |
• as | → so | ↔ aussi — Autant. |
• as | → wie | ↔ comme — De même que. |
• as | → derselbe; gleich; selbst | ↔ même — Qui n’est pas autre, qui n’est point différent. — note Dans ce sens, il est placé devant un nom et s’emploie généralement avec l’article défini ou l’article indéfini. |
• as | → während | ↔ pendant que — En même temps que. |
• as | → als | ↔ que — Signifie un critère de comparaison. |
• as | → in dem Maße; wie | ↔ à mesure que — selon que ; suivant que ; à proportion et en même temps que. |