Accomplice in het Duits vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

accomplice:
- mitverantwortliche Person; Zuträger; mitverantwortlicher Mensch; Handlanger; Trabant; Komplize; Gehilfe; Bundgenosse
Wiktionary:
- accomplice → Komplizin, Komplize, Mittäterin, Mittäter, Schemm
- accomplice → Mittäter, Mitschuldige

Engels

Uitgebreide vertaling voor accomplice (Engels) in het Duits

the accomplice (confederate)
die mitverantwortliche Person; der Zuträger; der mitverantwortlicher Mensch
- mitverantwortliche Person [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zuträger [der ~] zelfstandig naamwoord
- mitverantwortlicher Mensch [der ~] zelfstandig naamwoord
the accomplice (confederate)
der Handlanger; der Trabant; der Komplize; der Gehilfe
- Handlanger [der ~] zelfstandig naamwoord
- Trabant [der ~] zelfstandig naamwoord
- Komplize [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gehilfe [der ~] zelfstandig naamwoord
the accomplice (confederate)
der Bundgenosse
- Bundgenosse [der ~] zelfstandig naamwoord
the accomplice (confederate)
der Handlanger
- Handlanger [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Bundgenosse	accomplice; confederate	alley
Gehilfe	accomplice; confederate	assistant; bystander; clerk; footman; helper; second servant; valet
Handlanger	accomplice; confederate
Komplize	accomplice; confederate	brother-in-arms; comrade; partner; supporter
Trabant	accomplice; confederate	satellite
Zuträger	accomplice; confederate	informer; police spy; spy; squeaker; tell-tale
mitverantwortliche Person	accomplice; confederate
mitverantwortlicher Mensch	accomplice; confederate
-	confederate

a person who joins with another in carrying out some plan (especially an unethical or illegal plan)¹

accomplice

noun

an associate in the commission of a crime
- accomplice → Komplizin; Komplize; Mittäterin; Mittäter

accomplice

noun

umgangssprachlich: jemand, der zusammen mit jemand anderem eine Straftat begangen hat
- Schemm → accomplice
an einer Straftat Beteiligter
- Komplize → accomplice; accessory

Cross Translation:

From	To	Via
• accomplice	→ Mittäter; Mitschuldige	↔ medeplichtige — behulpzaam persoon bij een misdrijf