Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. Xmas:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor Xmas (Engels) in het Duits

Xmas:

Xmas [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the Xmas (Christmas)
    die Weihnachten; die Christmesse; die Weihnachtsmesse

Vertaal Matrix voor Xmas:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Christmesse Christmas; Xmas
Weihnachten Christmas; Xmas Christmas; christmas; yule-tide
Weihnachtsmesse Christmas; Xmas
- Christmas; Christmas Day; Dec 25
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Weihnachten Yule-tide

Verwante woorden van "Xmas":

  • Xmases

Verwante definities voor "Xmas":

  1. a Christian holiday celebrating the birth of Christ; a quarter day in England, Wales, and Ireland1

Wiktionary: Xmas

Xmas
noun
  1. Religion: christlicher Feiertag am 25. Dezember, an dem die Geburt von Jesus Christus gefeiert wird; in vielen Staaten ein gesetzlicher Feiertag und Auftakt der Weihnachtsferien; in Deutschland, Österreich und Teilen der Schweiz kommt der 26. Dezember als zweiter staatlicher Feiertag (zw