Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. tinsel:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor tinsel (Engels) in het Duits

tinsel:

tinsel [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the tinsel (gilt; sham)
    der Flitter; Flittergold; der Goldflitter

Vertaal Matrix voor tinsel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Flitter gilt; sham; tinsel paillette; sequin; spangle
Flittergold gilt; sham; tinsel
Goldflitter gilt; sham; tinsel

Verwante woorden van "tinsel":

  • tinsels

Synoniemen voor "tinsel":


Verwante definities voor "tinsel":

  1. a thread with glittering metal foil attached1
  2. a showy decoration that is basically valueless1
    • all the tinsel of self-promotion1
  3. interweave with tinsel1
    • tinseled velvet1
  4. adorn with tinsel1
    • snow flakes tinseled the trees1
  5. impart a cheap brightness to1
    • his tinseled image of Hollywood1

Wiktionary: tinsel

tinsel
noun
  1. thin strips of a glittering, metallic material used as a decoration
tinsel
noun
  1. lange, schmale, dünne, glänzende Metall- oder Kunststoffstreifen, mit denen Weihnachtsbaum geschmückt werden