Engels
Uitgebreide vertaling voor upright (Engels) in het Duits
upright:
-
upright (incorruptible; undiscussed)
-
upright (erect; vertical; dead straight)
aufrecht; aufrechtstehend; kerzengerade-
aufrecht bijvoeglijk naamwoord
-
aufrechtstehend bijvoeglijk naamwoord
-
kerzengerade bijvoeglijk naamwoord
-
-
upright (honourable; honest; righteous; sincere; true-hearted; right-minded; just; honorable)
-
upright (honest; sincere; true; frank; open; fair)
offenherzig; aufrichtig; ehrlich; offen; pur; gerecht; fair; gerade; treuherzig; treugesinnt; fein; geradeheraus-
offenherzig bijvoeglijk naamwoord
-
aufrichtig bijvoeglijk naamwoord
-
ehrlich bijvoeglijk naamwoord
-
offen bijvoeglijk naamwoord
-
pur bijvoeglijk naamwoord
-
gerecht bijvoeglijk naamwoord
-
fair bijvoeglijk naamwoord
-
gerade bijvoeglijk naamwoord
-
treuherzig bijvoeglijk naamwoord
-
treugesinnt bijvoeglijk naamwoord
-
fein bijvoeglijk naamwoord
-
geradeheraus bijvoeglijk naamwoord
-
-
upright (sincere; genuine; heartfelt)
ehrlich; rechtschaffen; wahrhaft-
ehrlich bijvoeglijk naamwoord
-
rechtschaffen bijvoeglijk naamwoord
-
wahrhaft bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor upright:
Verwante woorden van "upright":
Synoniemen voor "upright":
Antoniemen van "upright":
Verwante definities voor "upright":
Wiktionary: upright
upright
Cross Translation:
adjective
upright
adjective
-
veraltend: rechtschaffen, redlich
-
entlang einer gedachten Linie, die eine Schnur mit einem Senkblei verlängert
-
mit der längsten Seite in der Senkrechten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• upright | → aufrecht; gerade | ↔ debout — Figuré : non tombé à terre |
• upright | → stehend | ↔ debout — Sur ses pieds |
• upright | → rechts; gerade; aufrecht; direkt; gradlinig; unmittelbar; rechtwinklig; bieder; loyal; rechter; geradeaus | ↔ droit — Qui est du côté opposé à celui de son cœur (en supposant que son cœur est du même côté que pour la majorité des être humain), ou encore du côté de celui de la main qui sert à écrire chez la majorité (dans le cas où on parle de soi, car on utilise cet adjectif en adoptant le point de vue de la |
• upright | → honett; bieder; loyal; anständig; ehrlich; rechtschaffen | ↔ honnête — Qui est conforme à la vertu, à la probité, à l’honneur. |