Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor bough (Engels) in het Duits

bough:

bough [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bough (bough of a tree; branch; branch of a tree; sprig)
    der Zweig; der Ast; der Baumzweig
    • Zweig [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Ast [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Baumzweig [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bough:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ast bough; bough of a tree; branch; branch of a tree; sprig court jester
Baumzweig bough; bough of a tree; branch; branch of a tree; sprig
Zweig bough; bough of a tree; branch; branch of a tree; sprig branch; descendant; descendent; limb; offspring; sprig; twig
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- branch; limb

Synoniemen voor "bough":


Verwante definities voor "bough":

  1. any of the larger branches of a tree1

Wiktionary: bough

bough
noun
  1. tree branch

Cross Translation:
FromToVia
bough Astwerk; Gesweig; Reisig; lop branchageensemble des branches d’un arbre ou d'un arbuste.
bough Ast; Zweig; Sektion; Linie; Abzweigung; Verzweigung; Sprosse; Arm; Schenkel; Zweiggebiet; Teilgebiet; Fach; Bereich; Sparte; Disziplin; Branche; Ramus branche — Traductions à trier suivant le sens

Verwante vertalingen van bough