Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. hybrid:
  2. Wiktionary:
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hybrid:


Engels

Uitgebreide vertaling voor hybrid (Engels) in het Duits

hybrid:

hybrid [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the hybrid (intermediate form; compound shape)
    der Hybride; der Bastard
    • Hybride [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Bastard [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. the hybrid (intermediate form)
    der Hybride; die Mischung; die Kreuzung
    • Hybride [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Mischung [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Kreuzung [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hybrid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bastard compound shape; hybrid; intermediate form bastard; child born out of wedlock; illegitimate child
Hybride compound shape; hybrid; intermediate form
Kreuzung hybrid; intermediate form bifurcation; cross-roads; crossing; crossroads; crossways; intersection; junction; passage; road junction; sea voyage; splitting; transition
Mischung hybrid; intermediate form amalgamation; blend; blending; crossing; merger; mingling; mix; passage; sea voyage; transition
- cross; crossbreed; loan-blend; loanblend
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- intercrossed

Verwante woorden van "hybrid":

  • hybrids

Synoniemen voor "hybrid":


Verwante definities voor "hybrid":

  1. produced by crossbreeding1
  2. (genetics) an organism that is the offspring of genetically dissimilar parents or stock; especially offspring produced by breeding plants or animals of different varieties or breeds or species1
  3. a composite of mixed origin1
    • the vice-presidency is a hybrid of administrative and legislative offices1
  4. a word that is composed of parts from different languages (e.g., `monolingual' has a Greek prefix and a Latin root)1

Wiktionary: hybrid

hybrid
adjective
  1. consisting of diverse components
noun
  1. car that runs on both fuel and electricity
  2. biology: offspring resulting from crossbreeding
hybrid
noun
  1. Lebewesen, das aus der Kreuzung zweier oder mehrerer Arten/Rassen hervorging
  2. ein Gebilde aus zwei oder mehr Bestandteilen
  3. durch Rassenkreuzung oder Artenkreuzung entstandenes Tier oder entstandene Pflanze

Cross Translation:
FromToVia
hybrid bastardartig; hybrid; hybridisch hybride — biologie|fr Qui provenir de deux espèces différentes, ou parfois de deux races ou variétés différentes.



Duits

Uitgebreide vertaling voor hybrid (Duits) in het Engels

hybrid:


Synoniemen voor "hybrid":


Wiktionary: hybrid

hybrid
adjective
  1. consisting of diverse components

Cross Translation:
FromToVia
hybrid hybrid; mongrel; crossbred hybride — biologie|fr Qui provenir de deux espèces différentes, ou parfois de deux races ou variétés différentes.

Hybrid:


Synoniemen voor "Hybrid":


Wiktionary: Hybrid

Hybrid
noun
  1. ein Gebilde aus zwei oder mehr Bestandteilen