Engels
Uitgebreide vertaling voor shamrock (Engels) in het Duits
shamrock: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- sham: Entschuldigung; Ausrede; Ausflucht; behaupten; prätendieren; falsch; mies; gemein; schäbig; heimtückisch; hinterhältig; tückisch; hinterlistig; schweinisch; fingiert; niederträchtig; schofel; schuftig; Flitter; Flittergold; Goldflitter; Schein; Fassade; Anschein; Heuchler; gelogen; heucheln; so tun als ob; Vortäuschung; Vorschützung
- rock: Gestein; Felsblock; schwingen; schleudern; schwanken; schwenken; schaukeln; pendeln; wanken; taumeln; schlenkern; schlingern; hin und her wanken; Felsenpartie; Stein; Felsen; Fels; Schliff; Kiesel; schütteln; wackeln; Klippe; Felswand; Felsenwand
- Rock: Rock
shamrock:
Vertaal Matrix voor shamrock:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| - | Oxalis acetosella; Trifolium dubium; Trifolium repens; common wood sorrel; cuckoo bread; dutch clover; hop clover; lesser yellow trefoil; white clover |