Overzicht
Engels naar Duits: Meer gegevens...
-
connote:
-
Wiktionary:
connote → bedeuten, konnotieren, suggerieren
connote → bestimmen, andeuten, markieren, zeichnen, anzeichnen, kennzeichnen, angeben, weisen, anweisen, hinweisen, zeigen, auslesen, wählen, auswählen, erwählen, aussuchen, auserwählen, eine Auswahl treffen, verwickeln, einbeziehen, unterstellen, implizieren -
Synoniemen voor "connote":
imply; express; show; evince
predicate; imply
-
Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor connote (Engels) in het Duits
connote: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- con: Betrug; Schwindel; Fälschung; Hehlerei; Irreführung; Bauernfängerei; Hintergehung; Betrügerei; Gaukelei; betrügen; prellen; bemogeln; Schwindelei; beschwindeln; übervorteilen; beschummeln; neppen; begaunern; Hereinlegung
- note: eintragen; buchen; einschreiben; aufzeichnen; notieren; aufschreiben; registrieren; Annotation; Notiz; Aufzeichnung; Vermerk; Anmerkung; Ton; Note; Klang; Musiknote; Laut; attest; Geldschein; Banknote; Hinweis; Eintragung; Schmiererei; Kritzelei; Klangfarbe; Timbre; Geschäftsnotiz
Spelling Suggesties voor: connote
connote:
Vertaal Matrix voor connote:
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| - | imply; predicate |
Synoniemen voor "connote":
Verwante definities voor "connote":
Wiktionary: connote
connote
Cross Translation:
verb
connote
-
to signify beyond principal meaning
- connote → bedeuten; konnotieren
-
to imply, to suggest
- connote → konnotieren; suggerieren; bedeuten
verb
-
mit einer Konnotation versehen
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • connote | → bestimmen; andeuten; markieren; zeichnen; anzeichnen; kennzeichnen; angeben; weisen; anweisen; hinweisen; zeigen; auslesen; wählen; auswählen; erwählen; aussuchen; auserwählen; eine Auswahl treffen | ↔ désigner — Traduction à trier |
| • connote | → verwickeln; einbeziehen; unterstellen; implizieren | ↔ impliquer — envelopper, engager, en parlant d’un crime ou de quelque affaire fâcheux. |
| • connote | → angeben; weisen; anweisen; hinweisen; zeigen; andeuten | ↔ indiquer — montrer, désigner une personne ou une chose. |
Computer vertaling door derden:
Duits