Engels
Uitgebreide vertaling voor Englishman (Engels) in het Duits
Englishman: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- English: englisch; Englisch; britisch
- man: Mann; Bruder; Bursche; Kerl; Geselle; Kerlchen; Freund; Kumpel; Partner; Weib; Gefährte; Gatte; Teilhaber; Gemahl; männliche Person; Person; Mensch; Wesen; Figur; Einzelwesen; Menschenkind; bemannen; Typ; Herr; Gestalt; Hecht; Diener; Knecht; Bediente; Hausdiener; Kammerdiener; Stallknecht
englishman:
Synoniemen voor "englishman":
Englishman:
Verwante definities voor "Englishman":
Wiktionary: Englishman
Englishman
Cross Translation:
noun
Englishman
-
native or inhabitant of England
- Englishman → Engländer
noun
-
Einwohner von England, englischer Staatsbürger
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • Englishman | → Engländer | ↔ Anglais — Habitant de l'Angleterre |