Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Zoek: ascendancy

Engelse en Duitse zoekresultaten voor: ascendancy

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

ascendancy:
- Übermacht; Majorität; Mehrheit; Überzahl; Superiorität
Wiktionary:
- ascendancy → Einfluss, Vorherrschaft, Überlegenheit, Vormachtstellung, Vormacht
- ascendancy → Autorität, Macht, Ansehen, Einfluss, Regieren, Regierung, Befehl, Behörde, Vorstand, Leitung, Königswürde, Reich, Staat

Engels

Uitgebreide vertaling voor ascendancy (Engels) in het Duits

ascendancy:

ascendancy [the ~] zelfstandig naamwoord

the ascendancy (superiority; supremacy; dominance)
die Übermacht; die Majorität; die Mehrheit; die Überzahl; die Superiorität
- Übermacht [die ~] zelfstandig naamwoord
- Majorität [die ~] zelfstandig naamwoord
- Mehrheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Überzahl [die ~] zelfstandig naamwoord
- Superiorität [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ascendancy:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Majorität	ascendancy; dominance; superiority; supremacy	circumstances beyond one's control; force majeure; superior force; superiority
Mehrheit	ascendancy; dominance; superiority; supremacy	biggest part; bulk; circumstances beyond one's control; force majeure; greater part; gross; main body; superior force; superiority
Superiorität	ascendancy; dominance; superiority; supremacy	circumstances beyond one's control; force majeure; superior force; superiority
Übermacht	ascendancy; dominance; superiority; supremacy	circumstances beyond one's control; force majeure; superior force; superiority
Überzahl	ascendancy; dominance; superiority; supremacy	circumstances beyond one's control; force majeure; superior force; superiority
-	ascendance; ascendence; ascendency; control; dominance

Synoniemen voor "ascendancy":

dominance; ascendance; ascendence; ascendency; control; condition; status

Verwante definities voor "ascendancy":

the state that exists when one person or group has power over another¹

Wiktionary: ascendancy

ascendancy

noun

supremacy; superiority; dominant control
- ascendancy → Einfluss; Vorherrschaft; Überlegenheit; Vormachtstellung; Vormacht

Cross Translation:

From	To	Via
• ascendancy	→ Autorität; Macht; Ansehen; Einfluss	↔ autorité — pouvoir ou droit de commander, d’obliger quelqu’un à quelque chose.
• ascendancy	→ Regieren; Regierung; Befehl; Behörde; Vorstand; Leitung	↔ commandement — À trier
• ascendancy	→ Regierung; Regieren	↔ gouvernement — action, charge, ou manière de gouverner, de régir, d’administrer quelque chose, en particulier dans le domaine politique.
• ascendancy	→ Königswürde; Reich; Staat; Regieren; Regierung	↔ règne — exercice du pouvoir souverain dans un état monarchique.

Computer vertaling door derden:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University