Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Zoek: mentor

Engelse en Duitse zoekresultaten voor: mentor

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

mentor:
- Reiseführer; Führer; Lotse; Lehrer; Lehrkraft
Wiktionary:
- mentor → Mentor, Ziehvater

Duits naar Engels: Meer gegevens...

mentor:
- Wiktionary:
  Mentor → mentor
- Synoniemen voor "Mentor":
  Berater; Ratgeber; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ

Engels

Uitgebreide vertaling voor mentor (Engels) in het Duits

mentor:

mentor [the ~] zelfstandig naamwoord

the mentor (guide; leader)
der Reiseführer; der Führer; der Lotse
- Reiseführer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Führer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Lotse [der ~] zelfstandig naamwoord
the mentor (teacher; tutor; instructor; master)
der Lehrer; die Lehrkraft
- Lehrer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Lehrkraft [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mentor:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Führer	guide; leader; mentor	captain; centurion; chairman; chauffeur; chief; commander; commanding officer; conductor; driver; guide; guide book; headman; host; instruction book; instruction booklet; leader; lord; manager; manual; master; president; ruler; skipper; tour guide; travel brochure; travel guide
Lehrer	instructor; master; mentor; teacher; tutor	captain; educator; instructor; master; pedagogue; schoolmaster; schoolteacher; skipper; teacher; tutor
Lehrkraft	instructor; master; mentor; teacher; tutor	captain; educator; instructor; master; pedagogue; schoolmaster; schoolteacher; skipper; teacher; tutor
Lotse	guide; leader; mentor	pilot
Reiseführer	guide; leader; mentor	guide; host; tourist guide; travel guide
-	wise man

Verwante woorden van "mentor":

mentors

Synoniemen voor "mentor":

wise man; intellectual; intellect
teach; learn; instruct

Verwante definities voor "mentor":

a wise and trusted guide and advisor¹
serve as a teacher or trusted counselor¹
- The famous professor mentored him during his years in graduate school¹
- She is a fine lecturer but she doesn't like mentoring¹

Wiktionary: mentor

mentor

noun

A wise and trusted counselor or teacher
- mentor → Mentor

mentor

noun

Mentor, unterstützender Begleiter
- Ziehvater → mentor

Duits

Uitgebreide vertaling voor mentor (Duits) in het Engels

mentor: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

Mentor:

Synoniemen voor "Mentor":

Berater; Ratgeber; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ

Wiktionary: Mentor

Mentor

noun

A wise and trusted counselor or teacher
- mentor → Mentor

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University