Affair: vertaling Engels

Engels

Uitgebreide vertaling voor affair (Engels) in het Duits

affair:

affair [the ~] zelfstandig naamwoord

the affair (event; occurrence; matter; occasion; business)
der Vorfall; die Ereignis; die Begebenheit; Geschehen; der Vorgang; Eintreten
- Vorfall [der ~] zelfstandig naamwoord
- Ereignis [die ~] zelfstandig naamwoord
- Begebenheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Geschehen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Vorgang [der ~] zelfstandig naamwoord
- Eintreten [das ~] zelfstandig naamwoord
the affair (matter; business; case)
die Sache; die Angelegenheit; die Affäre; die Frage
- Sache [die ~] zelfstandig naamwoord
- Angelegenheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Affäre [die ~] zelfstandig naamwoord
- Frage [die ~] zelfstandig naamwoord
the affair (liaison; junction; combination; connection; linking; union)
Verhältnis; die Verbindung; die Affäre; Abenteuer
- Verhältnis [das ~] zelfstandig naamwoord
- Verbindung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Affäre [die ~] zelfstandig naamwoord
- Abenteuer [das ~] zelfstandig naamwoord
the affair
die Beziehung; die Affäre; die Verbindung; die Sache; die Kopplung; die Angelegenheit
- Beziehung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Affäre [die ~] zelfstandig naamwoord
- Verbindung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Sache [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kopplung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Angelegenheit [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor affair:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Abenteuer	affair; combination; connection; junction; liaison; linking; union	adventure; adventures
Affäre	affair; business; case; combination; connection; junction; liaison; linking; matter; union
Angelegenheit	affair; business; case; matter	case; issue; point of discussion; question
Begebenheit	affair; business; event; matter; occasion; occurrence
Beziehung	affair	amorous adventure; association; bond; connection; contact; courtship; junction; junctions; liaison; line; link; linkage; linking; love affair; relation; relationship; relative context; romance; romanticism; telephone connection; wooing
Eintreten	affair; business; event; matter; occasion; occurrence	arrival; entering; entrance; entry; incoming; kicking in
Ereignis	affair; business; event; matter; occasion; occurrence	event; history; occasion; occurrence
Frage	affair; business; case; matter	Question; case; issue; question
Geschehen	affair; business; event; matter; occasion; occurrence	history
Kopplung	affair	association; combination; connection; device pairing; junction; liaison; linking; linking together; pairing; union
Sache	affair; business; case; matter	article; case; gadget; good; issue; item; matter; object; opinion; point of discussion; point of view; position; question; standpoint; thing; view
Verbindung	affair; combination; connection; junction; liaison; linking; union	Junction; agreement; alliance; approachableness; association; attainableness; betrothal; bond; brotherhood; coalition; collaboration; combination; company; connection; connectivity; contact; cooperation; engagement; fellowship; joining together; junction; junctions; league; liaison; line; link; linkage; linking; linking together; pact; reachableness; relation; relationship; relative context; society; students' union; telephone connection; treaty; union
Verhältnis	affair; combination; connection; junction; liaison; linking; union	appointment; date; proper proportion; proportion; relation
Vorfall	affair; business; event; matter; occasion; occurrence	case; incident
Vorgang	affair; business; event; matter; occasion; occurrence	case; operation
-	affaire; amour; function; intimacy; involvement; liaison; matter; occasion; social function; social occasion; thing
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Beziehung		Relationship
Ereignis		event; program event

Verwante woorden van "affair":

affairs

Synoniemen voor "affair":

matter; thing; concern
affaire; intimacy; liaison; involvement; amour; sexual relationship
occasion; social occasion; function; social function; social event

Verwante definities voor "affair":

a vaguely specified concern¹
- it is none of your affair¹
a vaguely specified social event¹
- the party was quite an affair¹
a usually secretive or illicit sexual relationship¹

Wiktionary: affair

affair

noun

adulterous relationship
- affair → Affäre; Beziehung
material object (vaguely designated)
- affair → Ding
action or engagement not of sufficient magnitude to be called a battle
- affair → Scharmützel
that which is done or is to be done
- affair → Angelegenheit
any proceeding or action which it is wished to refer to or characterize vaguely
- affair → Angelegenheit

affair

noun

übertragen: eine kurze, episodenhafte sexuelle Beziehung, die jemand mit einem anderen als dem festen Partner eingeht
- Seitensprung → fling; affair
-
- Indaba → issue; matter; indaba; affair; business
Verhältnis, in dem Menschen oder Organisationen zueinander stehen
- Beziehung → appreciation; understanding; feeling; affinity; contact; relationship; affair; relation
skandalöses Vorkommnis, peinliche Angelegenheit
- Affäre → affair

Cross Translation:

From	To	Via
• affair	→ Liebesverhältnis; Verhältnis	↔ verhouding — een intieme, duurzame relatie tussen twee personen
• affair	→ Affäre	↔ affaire — de zaak
• affair	→ Sache; Ding	↔ affaire — chose dont on doit s’occuper
• affair	→ Sache; Ding	↔ affaire — sujet de quelque occupation
• affair	→ Affäre	↔ affaire — choses qu’on a à discuter, à démêler avec quelqu’un
• affair	→ Fall	↔ affaire — droit\|nocat=1 cas traité par la justice
• affair	→ Abenteuer	↔ aventure — Ce qui arriver d’inopiné, d’extraordinaire à quelqu’un.
• affair	→ Grund; Rechtsfall; Rechtssache; Ursache; Verursachung; Angelegenheit; Ding; Sache; Werk; Affäre; Geschichte; Fall; Anlaß; Veranlassung	↔ cause — Ce qui fait qu’une chose est ou s’opère.
• affair	→ Ding; Sache; Angelegenheit	↔ chose — Rappelle un mot, une idée, un évènement, ou une énumération dont on parle ou dont on vient de parler ou dont l’on va parler

Engelse en Duitse zoekresultaten voor: affair

Uitgebreide vertaling voor affair (Engels) in het Duits

affair:

affair [the ~] zelfstandig naamwoord

the affair (event; occurrence; matter; occasion; business)

the affair (matter; business; case)

the affair (liaison; junction; combination; connection; linking; union)

the affair

Vertaal Matrix voor affair:

Verwante woorden van "affair":

Synoniemen voor "affair":

Verwante definities voor "affair":

Wiktionary: affair

Verwante vertalingen van affair