Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Schreiber:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schreiber (Duits) in het Zweeds

Schreiber:

Schreiber [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schreiber (Schriftsteller; Autor; Verfasser; )
    författare
  2. der Schreiber (Schriftführer; Sekretäre)
    skrivare; kontorister; kanslister

Vertaal Matrix voor Schreiber:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
författare Autor; Autorin; Dichter; Dichterin; Poet; Schreiber; Schriftsteller; Schriftstellerin; Verfasser Autor; Autorin; Dichterin; Entwerfer; Erbauer; Ersteller; Gestalter; Gott; Inhaltsanbieter; Internetinhaltsanbieter; Komponist; Literaturwissenschaftler; Schriftstellerin; Schöpfer
kanslister Schreiber; Schriftführer; Sekretäre
kontorister Schreiber; Schriftführer; Sekretäre
skrivare Schreiber; Schriftführer; Sekretäre Autorin; Dichterin; Drucker; Schriftstellerin

Synoniemen voor "Schreiber":


Wiktionary: Schreiber

Schreiber
noun
  1. Person, welche etwas schreiben oder geschrieben hat
  2. Stift, mit dem man schreiben kann

Cross Translation:
FromToVia
Schreiber skribent; författare writer — person who writes; an author